Uitspraak
10-4994)
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
- op 3 juni 2015 een brief dd. 2 juni 2015 van het Internationaal Juridisch Instituut
- op 24 juni 2015 een journaalbericht d.d. 24 juni 2015, ingediend namens mr.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 15 september 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de nietigheid van een huwelijk tussen een man en een vrouw. De man was op 5 juli 2001 nog gehuwd met zijn Egyptische echtgenote, waardoor zijn huwelijk met de Nederlandse vrouw, gesloten op dezelfde datum in Nevada, absoluut nietig en niet reparabel is. Het hof heeft eerder tussenbeschikkingen gegeven en heeft in deze beschikking de vraag beoordeeld of het huwelijk van de man met zijn Egyptische echtgenote rechtsgeldig was ontbonden volgens het recht van de staat Nevada. Het hof concludeert dat de verstoting in 1999 naar Egyptisch recht niet heeft geleid tot een rechtsgeldige beëindiging van het huwelijk, en dat de man op 5 juli 2001 nog gehuwd was. Hierdoor is het huwelijk met de Nederlandse vrouw nietig verklaard. De kosten van deskundigenonderzoeken zijn verdeeld tussen de partijen, waarbij de man als in het ongelijk gestelde partij is veroordeeld tot betaling van de kosten van het tweede deskundigenonderzoek. De beschikking van de rechtbank Midden-Nederland is vernietigd voor zover deze de echtscheiding tussen de man en de vrouw heeft uitgesproken, en het hof heeft de nietigheid van het huwelijk tussen de man en de vrouw verklaard.