Uitspraak
[appellant],
[geïntimeerde],
1.Het verdere geding in hoger beroep
dat het Uw Gerechtshof moge behagen het tussen partijen op 19 juni 2015 door de rechtbank Overijssel zittingplaats Zwolle, onder zaaknummer rolnummer C/08/171492 / KG ZA 15 -165 gewezen vonnis in Kort Geding gedeeltelijk te vernietigen en waar nodig met verbetering van gronden opnieuw rechtdoende, bij arrest, uitvoerbaar bij voorraad voor zover de wet zulks toelaat :
2.De beoordeling
eerstegrief is gericht tegen een verkeerde weergave van de vordering van [appellant] in het vonnis. Aangezien de vordering in hoger beroep opnieuw geformuleerd is behoeft deze grief, die verder geen invloed heeft op de beoordeling van het geschil, geen behandeling.
tweede en derdegrief bestrijdt [appellant] - zakelijk weergegeven - dat er voor [geïntimeerde] aan de verrekening van de bruto partneralimentatie van € 1.000,- per maand met de openstaande verrekenvordering meer fiscale gevolgen zijn verbonden dan dat zij inkomstenbelasting over dit alimentatiebedrag moet betalen, en dat [geïntimeerde] dubbel nadeel zou lijden wanneer [appellant] de verrekende partneralimentatie fiscaal zou mogen aftrekken naast de aftrek van de rente over de hypothecaire schuld, die hij geniet. [appellant] wenst dat de fiscale beperking die de voorzieningenrechter heeft opgelegd vervalt.
vierdegrief voert [appellant] aan dat de voorzieningenrechter zonder enige motivering en ten onrechte heeft beslist dat [appellant] alle aan de toedeling verbonden kosten dient te dragen en dat de "rentevermeerdering" (het hof leest: de rentevordering) wordt afgewezen.