ECLI:NL:GHARL:2016:2925
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot uithuisplaatsing van minderjarigen en de rol van de moeder in het contact met de kinderen
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 5 april 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep over de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarigen [de minderjarige2] en [de minderjarige3]. De moeder, die in hoger beroep is gekomen van een eerdere beschikking van de kinderrechter, werkt niet mee aan contact met haar kinderen, waardoor het perspectief op terugplaatsing niet kan worden beoordeeld. De kinderen zijn sinds oktober 2012 in een crisispleeggezin geplaatst en zijn onder toezicht gesteld van de GI. De moeder heeft herhaaldelijk aangegeven geen omgang te willen met de kinderen, wat de ontwikkeling van de kinderen in het pleeggezin negatief beïnvloedt. Het hof heeft vastgesteld dat de moeder onvoldoende in staat is om de belangen van de kinderen voorop te stellen en dat de machtiging tot uithuisplaatsing terecht is verlengd. De moeder heeft verzocht om de machtiging te vernietigen en om een andere beslissing te nemen, maar het hof heeft dit verzoek afgewezen. De beslissing van het hof is gebaseerd op de actuele situatie van de kinderen en de noodzaak van contact tussen de moeder en de kinderen voor een mogelijke terugplaatsing.