Uitspraak
[appellant],
de bewindvoerster,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.Ten aanzien van de feiten
De vordering en beoordeling in eerste aanleg
4.De verdere beoordeling van de grieven en de vordering
Grief 1faalt.
grief 2stelt, geen rekening en verantwoording af te leggen omtrent alle betalingen vanaf genoemde ING rekening [000000] , doch hij dient, gelijk de rechtbank ook terecht heeft overwogen, rekening en verantwoording af te leggen omtrent het gebruik van de pas met als volgnummer 3. Daarvoor is niet relevant welke bedragen er (in het verleden) ooit met de passen met de volgnummers 1 en 2, dan wel met de volgens de bewindvoerder aan [B] zelf toebehorende pas met volgnummer 4 zijn betaald. Ook
grief 2is tevergeefs voorgedragen.
grief 3geeft [appellant] alsnog enige verantwoording van met de pas met volgnummer 3 gedane betalingen/opgenomen gelden (prod. 20 bij memorie van grieven). Deze per betaling éénregelige toelichtingen komen er in hoofdzaak op neer dat [B] uit vrijgevigheid toestemming verleende om betalingen ten behoeve van [appellant] en mensen uit diens familiekring te doen met de gemachtigdenpas. Dit zijn derhalve geen betalingen die strekten ten bate van [B] .
): "Erik en in het begin Jolanda hebben altijd goed voor [B] gezorgd. Zij kookten warm eten voor hem en maakten zijn huis schoon. Ook gingen ze met hem naar de dokter. Als de fam. [appellant] op stap ging, ging [B] vaak mee. [B] zat ook vaak bij Erik in de bodysalon. Daar heb ik ook vaak koffie met hem gedronken. Daar heeft hij regelmatig verteld over het verdriet van het verlies van zijn vrouw en hoe fijn hij het vond dat Erik en zijn zonen zoveel voor hem deden. Hij noemde ze ook letterlijk zijn familie. Ook heeft hij mij verteld dat de zonen de andere helft van het huis zouden krijgen als hij zou overlijden. Erik hoefde daarvoor niet te betalen, maar wel voor [B] zorgen. Hij vertelde ook regelmatig dat hij Erik en de jongens graag wat geld toestopte; hij had genoeg en vond het fijn om hen een plezier te doen. Ik heb ook meerdere malen meegemaakt dat hij Herman of Peter [zonen van [appellant] , hof] geld op liet halen bij de bank. Of dat hij hen geld gaf om eten op te halen bij bv. de chinees. De laatste jaren takelde [B] erg af. Meerde malen hebben wij hem in zijn ondergoed en zelfs half naakt van straat gehaald, terwijl hij aan de overkant van de straat uit de prullenbak at".
"Vanaf halverwege 2009 tot maart 2013 heb ik een relatie gehad met [appellant] en woonde ik bij hem aan het [a-straat] in [A] . Uit deze relatie is een dochtertje geboren. Vanaf het begin was het duidelijk dat de heer [B] een lid van het gezin was. Er was een deur binnendoor en Erik verzorgde de heer [B] elke dag. Hij at mee, wij wasten zijn kleren, legde zijn kleren klaar, kochten zijn boodschappen en hij ging mee op dagjes weg.