ECLI:NL:GHARL:2016:7177
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake machtiging gesloten plaatsing van een jeugdige
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de beschikking van de kinderrechter in de rechtbank Midden-Nederland, waarbij een machtiging voor gesloten jeugdhulp is verleend aan de verzoeker, geboren in 1999. De verzoeker staat sinds 26 november 2014 onder toezicht van de gecertificeerde instelling Samen Veilig Midden-Nederland. De kinderrechter had op 16 juni 2016 de machtiging gesloten jeugdhulp verlengd, maar de verzoeker is in hoger beroep gegaan tegen deze beslissing. Het hof heeft de procedure in eerste aanleg en de relevante feiten en omstandigheden in overweging genomen. De verzoeker heeft drie grieven ingediend en verzoekt het hof de bestreden beschikking te vernietigen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 16 augustus 2016 zijn de verzoeker, zijn advocaat, de vertegenwoordiger van de GI en de moeder van de verzoeker verschenen. Het hof heeft vastgesteld dat de gronden voor de gesloten plaatsing nog aanwezig waren ten tijde van de eerste beschikking, maar heeft ook gekeken naar de ontwikkelingen na die beschikking. Er zijn positieve veranderingen opgetreden, zoals de uitbreiding van de verlofregeling en de mogelijkheid voor de verzoeker om bij zijn tante te wonen. Het hof concludeert dat de noodzaak voor gesloten jeugdhulp niet meer aanwezig is zodra de aanmelding op school geregeld is. Het hof vernietigt de beschikking van de kinderrechter voor zover deze de machtiging gesloten jeugdhulp na 9 september 2016 verlengt en wijst het verzoek van de GI af.
De beslissing van het hof is dat de beschikking van de kinderrechter wordt bekrachtigd voor de periode tot 9 september 2016, maar dat de machtiging gesloten jeugdhulp met ingang van die datum wordt afgewezen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad.