ECLI:NL:GHARL:2016:7358
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vaststelling van kinderalimentatie na echtscheiding en de draagkracht van de ouders
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 4 augustus 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep over de vaststelling van de kinderalimentatie na de echtscheiding van de man en de vrouw. De man en de vrouw zijn de ouders van drie minderjarige kinderen, en na hun echtscheiding is er een geschil ontstaan over de hoogte van de alimentatie die de man aan de vrouw moet betalen voor de verzorging en opvoeding van de kinderen. De rechtbank Midden-Nederland had eerder bepaald dat de man € 312,- per kind per maand moest betalen, maar de man is in hoger beroep gegaan en verzoekt deze beschikking te vernietigen en de alimentatie op nihil te stellen. De vrouw heeft in incidenteel hoger beroep ook grieven ingediend, gericht op de draagkracht van de man.
Het hof heeft de procedure in eerste aanleg en het verloop van het hoger beroep in detail besproken. De man heeft zijn financiële situatie uiteengezet, inclusief zijn inkomen en woonlasten, en heeft betoogd dat hij niet in staat is om de vastgestelde alimentatie te betalen. De vrouw heeft daarentegen gesteld dat de man voldoende draagkracht heeft om aan zijn onderhoudsplicht te voldoen. Het hof heeft de draagkracht van beide ouders beoordeeld, rekening houdend met hun inkomens, woonlasten en andere financiële verplichtingen.
Uiteindelijk heeft het hof geoordeeld dat de man vanaf 19 maart 2015 € 339,- per kind per maand moet betalen en met ingang van 23 september 2015 € 284,- per kind per maand. Het hof heeft de bestreden beschikking van de rechtbank vernietigd en de alimentatie opnieuw vastgesteld, waarbij het hof ook heeft overwogen dat de man niet kan afwijken van de wettelijke maatstaven voor kinderalimentatie. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het hof heeft het meer of anders verzochte afgewezen.