2.13De man heeft diverse posten op de behoeftelijst van de vrouw gemotiveerd betwist. Het hof ziet aanleiding om, uitgaande van een huwelijkse welstand gerelateerd aan een netto besteedbaar inkomen van - destijds - tussen € 5.500,- en € 6.000,-per maand, een huwelijks-gerelateerde behoefte aan te nemen als na te melden, na matiging van de behoeftelijst van de vrouw op een aantal punten. Het hof neemt de volgende posten in aanmerking:
Woonlast. Het hof volgt de vrouw niet in haar stelling dat zij in staat moet worden gesteld een met de voormalige echtelijke woning vergelijkbare woning te huren of te kopen. Het hof zal, mede gelet op de welstand waarin partijen tijdens het huwelijk leefden, de woonlast van de vrouw in redelijkheid vaststellen op € 1.100,- per maand, gelijk aan de huidige huurlasten van de vrouw. Daarbij houdt het hof, nu de vrouw thans huurt, geen rekening met onderhoudskosten en neemt het hof in aanmerking dat als de vrouw een woning wil kopen, zij deze (deels) uit haar vermogen kan financieren.
Energie/water. Blijkens de website van het Nibud bedragen de kosten voor elektriciteit voor een eenpersoonshuishouden € 158,- per maand en de kosten voor water € 10,- per maand, zodat dit neerkomt op € 168,- per maand;
Heffingen/OZB. Nu de vrouw al meer dan vier jaar een huurwoning bewoont en niet is gebleken dat zij op korte termijn een koopwoning zal betrekken, houdt het hof geen rekening met de OZB. De gemeentelijke belastingen bedragen volgens de website van het Nibud € 43,- per maand;
Telefoon/kabel. De post vaste telefonie, televisie en internet becijfert het hof op grond van het persoonlijk budgetadvies op de website van het Nibud op € 77,- per maand en de kosten voor mobiele telefonie in redelijkheid op € 23,- per maand, dus in totaal op € 100,- per maand;
De post krant en tijdschriften becijfert het hof volgens ditzelfde budgetadvies op € 67,- per maand, hetgeen de vrouw in ieder geval in de gelegenheid stelt een abonnement op een krant en twee tijdschriften te hebben;
Verzekeringen. Nu het hof uitgaat van een huurwoning hoeft de vrouw geen opstalverzekering af te sluiten. Het hof houdt evenmin rekening met de door de vrouw opgevoerde overlijdensrisicoverzekering. De verzekeringen komen daarmee op € 82,- per maand.
Zorgverzekering. € 140,- per maand;
Autokosten. Overeenkomstig het persoonlijk budgetadvies op de site van het Nibud bepaalt het hof deze op € 485,- per maand;
Voeding. Het hof bepaalt deze post overeenkomstig de opgave door de vrouw op € 224,- per maand;
Kleding, schoenen. Rekening houdend met de mate van welstand van partijen tijdens het huwelijk matigt het hof deze post in redelijkheid tot € 250,- per maand;
Alimentatieverzekering. De enkele stelling dat de vrouw wellicht een vorm van een alimentatieverzekering zal sluiten of een andere vorm van voorziening zal treffen in geval van overlijden van de man oordeelt het hof als onvoldoende onderbouwing van deze post, zodat het hof daaraan voorbijgaat;
Financieel advies (belasting, vermogensbeheer): € 121,- per maand;
De post persoonlijke verzorging (kapper, pedicure, bril, contactlenzen) becijfert het hof in redelijkheid en gelet op de welstand van partijen tijdens het huwelijk op € 150,- per maand;
De posten vakanties, uitgaan, ontspanning, hobby’s becijfert het hof in redelijkheid en gelet op de welstand van partijen tijdens het huwelijk op € 400,- per maand;
De reservering voor inventaris. Overeenkomstig het persoonlijk budgetadvies op de site van het Nibud bepaalt het hof deze op € 260,- per maand;
de post overige kosten. Het hof houdt in dit kader rekening met de door de vrouw opgevoerde niet vergoede ziektekosten van € 34,- per maand en de kosten voor de glazenwasser van € 13,- per maand, alsmede met overig huishoudgeld, tezamen tot een bedrag van € 200,- per maand
Het hof is van oordeel dat donaties aan een goed doel niet behoren tot de behoefte van de vrouw in het kader van partneralimentatie.