Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- het verweerschrift van de GI.
3.Feiten
2 mei 2018.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om de verlenging van de ondertoezichtstelling van de minderjarige [de minderjarige1]. De ouders, die gezamenlijk het ouderlijk gezag uitoefenen over drie kinderen, hebben in hoger beroep verzocht om de beschikking van de kinderrechter in de rechtbank Noord-Nederland te vernietigen. De kinderrechter had op 21 april 2017 de ondertoezichtstelling van [de minderjarige1] verlengd tot 2 mei 2018. De ouders hebben aangevoerd dat er geen basis is voor de voortzetting van de ondertoezichtstelling, gezien de positieve ontwikkelingen in hun situatie. Het hof heeft vastgesteld dat de GI, de gecertificeerde instelling, geen actuele zorgen heeft geuit over de ontwikkeling van [de minderjarige1] en dat de ouders zich positief ontwikkelen. De GI heeft bevestigd dat de ouders in staat zijn om [de minderjarige1] op te voeden en dat er geen grote zorgen zijn over de thuissituatie. Het hof heeft geconcludeerd dat de bestreden beschikking van de kinderrechter niet gerechtvaardigd is en heeft het verzoek van de GI tot verlenging van de ondertoezichtstelling afgewezen. De beschikking is gegeven op 14 november 2017.