Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in het principaal hoger beroep,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een echtscheiding tussen een vrouw en een man, waarbij ook de kinder- en partneralimentatie en de gebruiksvergoeding voor de echtelijke woning aan de orde zijn. De rechtbank Midden-Nederland had op 27 juli 2015 de echtscheiding uitgesproken. De vrouw, verzoekster in het principaal hoger beroep, heeft grieven ingediend tegen de afwijzing van haar verzoek om partneralimentatie en de gebruiksvergoeding. De man, verweerder in het principaal hoger beroep, heeft incidenteel hoger beroep ingesteld tegen de afwijzing van zijn verzoek om een gebruiksvergoeding vast te stellen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 17 februari 2017 is gebleken dat partijen nog steeds in geschil zijn over de alimentatie en het ouderschapsplan. De vrouw heeft verzocht om een bijdrage van de man in de kosten van verzorging en opvoeding van de kinderen, terwijl de man verweer heeft gevoerd en ook zijn eigen verzoeken heeft ingediend. Het hof heeft de grieven van de vrouw en de man besproken en geconcludeerd dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat de vrouw geen recht heeft op partneralimentatie, omdat zij niet voldoende heeft aangetoond dat zij niet in haar eigen levensonderhoud kan voorzien.
Het hof heeft de kinderalimentatie vastgesteld op € 475,- per kind per maand, met ingang van 7 februari 2017, en de overige verzoeken van partijen afgewezen. De beslissing van het hof is op 20 april 2017 uitgesproken in het openbaar.