Uitspraak
[appellant],
1.[geïntimeerde 1] ,
[geïntimeerden] ,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
de nakosten van dit geding".
op de onderdelen waartegen door [geïntimeerden] gegriefd is, en, opnieuw rechtdoende, de vorderingen van [geïntimeerden] , zoals deze in de memorie van antwoord in het incidenteel appel, toe te wijzen", een en ander met veroordeling van [appellant] in de kosten van beide instanties waaronder de nakosten.
3.De vaststaande feiten
ACK Kraamzorg" te Amsterdam . De huurovereenkomst is gesloten voor een periode vanaf 15 januari 2008 tot
Ik wil graag even met u onder 4 ogen spreken, het liefst bij mij op kantoor op [adres] en het gesprek gaat over de huurovereenkomst en een aantal wijzigingen die ik in de organisatie ga aanbrengen".
ACK/Zorgmaat Kraamzorg Amsterdam Zuidoost Huur Burg [adres]". De betalingen tot en met november 2010 werden verricht van rekeningnummer [rek.nr] , die van december van rekeningnummer [rek.nr2] en die vanaf januari 2011 tot en met mei 2012 van rekeningnummer [rek.nr2] .
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De beoordeling van de grieven en de vordering
grieven I, II en V in het principaal hoger beroephebben tot strekking dat de kantonrechter ten onrechte aansprakelijkheid van [appellant] heeft aangenomen.
In dat gesprek, waartoe de correspondentie van 25 november 2010 de opmaat vormde, schetste [appellant] bij [geïntimeerde 1] dat de vennootschappen op korte termijn niet meer in staat zouden zijn de huurpenningen te voldoen, het kostenniveau van zijn operaties te hoog was, hij voornemens was alle vestigingen samen te voegen op een locatie maar dat dat zou niet op een van de bestaande locaties zijn te Amsterdam en [adres] die [appellant] van [geïntimeerde 1] huurde. Bovendien gaf [appellant] aan om te zien naar een herfinanciering. Voorts verzocht [appellant] bij [geïntimeerde 1] aan na te denken of hij bezwaar had dat, mits een andere partij de huurpenningen zou betalen na 1 januari 2011, na het vinden van die alternatieve ruimte het huurgenot en de daar tegenover staande betaling per dat moment zou kunnen worden beëindigd zonder inachtneming van een opzegtermijn c.q. de resterende contractsperiode. "
de huurovereenkomst en een aantal wijzigingen die ik in de organisatie ga aanbrengen". Partijen verschillen echter van mening over de vraag wat tijdens dit gesprek is besproken. Het hof is van oordeel dat indien dat gesprek is verlopen als door [appellant] in het kader van zijn verweer naar voren is gebracht (hiervoor weergegeven in rov. 5.3), ZKA c.s. dan voldoende invulling hebben gegeven aan hun hiervoor bedoelde mededelingsplicht en niet gehouden waren later, toen de doorstart een feit werd, [geïntimeerden] over die feiten nog aanvullend te informeren. Het kernverwijt van [geïntimeerden] luidt immers dat zij onwetend zijn gelaten van het feit dat hun huurder ZKA c.s. insolvabel was en dat zij maatregelen hadden genomen indien zij dat hadden geweten. Indien hen datgene is verteld wat door [appellant] is gesteld (zie 5.3), dan hadden zij die kerninformatie tot hun beschikking en dienden zij vanaf dat moment zelf de vinger aan de pols te houden. Zij mochten er dan niet zonder meer op vertrouwen dat de na dit gesprek ontvangen huurbetalingen (met weliswaar dezelfde bancaire omschrijving maar afkomstig van een ander rekeningnummer) tot aan juni 2012 (ongeveer anderhalf jaar) "gewoon" van ZKA c.s. afkomstig waren. In elk geval acht het hof het nalaten van het doen van die nadere mededelingen door ZKA c.s. niet zodanig dat [appellant] als bestuurder van Astres en Astres als bestuurder van ZKA daar persoonlijk een ernstig verwijt van kan worden gemaakt.