Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep,
Jeugdbescherming Noord | Groningen,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om de ondertoezichtstelling van een minderjarige, geboren in 2002, die opgroeit bij haar moeder. De ouders zijn gezamenlijk belast met het gezag, maar de minderjarige ervaart ontwikkelingsbedreigingen door de strijd tussen de ouders. De kinderrechter had eerder besloten om de minderjarige onder toezicht te stellen, wat de moeder in hoger beroep aanvecht met negen grieven. De moeder verzoekt de bestreden beschikking te vernietigen en het verzoek van de raad voor de kinderbescherming af te wijzen. De raad verzet zich tegen dit verzoek en vraagt om bekrachtiging van de eerdere beschikking.
Tijdens de mondelinge behandeling op 5 juli 2017 is de minderjarige buiten aanwezigheid van partijen gehoord. De moeder is verschenen met haar advocaat, terwijl de vader en zijn advocaat niet aanwezig waren. De moeder heeft een WhatsApp-uitdraai overgelegd als bewijs. Het hof oordeelt dat de ondertoezichtstelling niet alleen betrekking heeft op de omgang tussen de vader en de minderjarige, maar dat er ook andere ontwikkelingsbedreigingen spelen. De moeder wordt verweten dat zij de minderjarige belast met volwassen zaken en dat zij niet voldoende meewerkt aan de hulpverlening. Het hof concludeert dat zonder ondertoezichtstelling de ontwikkeling van de minderjarige ernstig bedreigd wordt. Daarom bekrachtigt het hof de beschikking van de kinderrechter.