Uitspraak
Woonconcept,
[geïntimeerde],
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De beoordeling van de grieven en de vordering
Voorts heeft Woonconcept aangevoerd dat zij als gevolg van een dwangakkoord minder dan 10% van het door de kantonrechter toegewezen bedrag vergoed heeft gekregen. In 2012/2013 heeft Woonconcept gewacht met maatregelen om [geïntimeerde] de gelegenheid te geven waar te maken dat zij externe hulp kreeg bij haar financiële situatie. Ten slotte heeft Woonconcept aangevoerd dat [geïntimeerde] , anders dan zij heeft gesteld, niet met drie minderjarige kinderen maar alleen in de woning woont.
De huurachterstand die Woonconcept aan haar vordering ten grondslag heeft gelegd, heeft betrekking op de laatste maand van 2011 en de eerste maanden van 2012. Na het instellen van dit hoger beroep tegen het door de kantonrechter gewezen vonnis, waarbij de vordering tot ontbinding is afgewezen, heeft Woonconcept ruim zeven maanden gewacht met het nemen van de memorie van grieven. In deze gehele periode, derhalve van 1 juni 2012 tot 31 maart 2015, heeft [geïntimeerde] volgens de eigen stellingen van Woonconcept geen nieuwe huurachterstand doen ontstaan. Dat [geïntimeerde] , zoals Woonconcept stelt, de huur in de periode na mei 2012 herhaaldelijk enkele dagen te laat zou hebben betaald, acht het hof in dit verband thans nog van ondergeschikte betekenis. De door Woonconcept geuite vrees voor betalingsproblemen in de toekomst vindt dan ook geen dan wel onvoldoende steun in de feiten. Mede gelet op het feit dat sprake is van sociale woninghuur, waarop [geïntimeerde] als gevolg van haar economisch zwakke positie is aangewezen, is het hof van oordeel dat in de gegeven omstandigheden een ontbinding van de huurovereenkomst vanwege de verstrekkende gevolgen daarvan op dit moment niet gerechtvaardigd is. [geïntimeerde] dient zich echter te realiseren dat, indien zij wederom huurachterstand laat ontstaan en/of structureel te laat de huur betaalt, van Woonconcept niet meer kan verlangen dat zij contractueel aan [geïntimeerde] gebonden blijft.
6.De slotsom
€ 308,-
€ 894,- (1 punt x tarief II)
De beslissing