Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
3.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
4.De beoordeling van de grieven en de vordering
"Geschatte terugverdientijd voor LeakPointer II"(hiervoor genoemd onder 2.5), dat het om een productieproces ging van sachets met zuigelingenvoeding. Het was Gullimex die als professionele en gespecialiseerde verkoper van deze meetapparatuur, met eigen technici, wist hoe de LeakPointer II werkt. Dit apparaat meet op basis van een bij een lekkage vanuit een sachet optredende CO2-toename in de meetkamer, zodat het weliswaar om een droge maar tevens relatieve meting gaat en niet, zoals bij de waterbaktest, om een natte en absolute meting. Gullimex heeft vóór de verkoop in het door haar aan [BV X] verstrekte foldermateriaal het droge karakter van de meting ten opzichte van de waterbaktestmethode benadrukt alsmede opgegeven dat de LeakPointer II sneller en nauwkeuriger werkte dan de bestaande testmethoden en dat dit apparaat lekken detecteerde die andere methoden ontgingen. Daarbij heeft zij slechts de testmethode met de waterbak als alternatief vermeld, zodat [BV X] ervan mocht uitgaan dat Gullimex de LeakPointer II daarmee beoogde te vergelijken. Verder blijkt uit het overhandigde foldermateriaal niet en staat evenmin vast dat Gullimex [BV X] mondeling heeft gewezen op het mogelijke nadeel van de LeakPointer II, te weten dat deze niet meer dan een relatieve meting op basis van een CO2-toename uitvoerde. Gullimex heeft wel gesteld dat ( [manager] , manager operations bij) [BV X] voldoende verstand van gassen had om dit redelijkerwijs te begrijpen, maar [BV X] heeft dit gemotiveerd betwist, zodat daarvan niet kan worden uitgegaan. Gullimex heeft de sedert 2006 geproduceerde sachets met zuigelingenvoeding vóór de verkoop met behulp van de LeakPointer II getest Zij heeft weliswaar aangevoerd dat sedert november 2014 de in een nieuwe productielijn geproduceerde sachets anders waren, maar [BV X] heeft gemotiveerd betwist dat de sachets anders van samenstelling of anders geproduceerd waren en Gullimex heeft, hoewel dit op haar weg lag, niet opgegeven in welk opzicht de sachets dan wel afweken van de eerder geproduceerde. Verder moet Gullimex uit de aard van het te controleren, kwetsbare product (sachets met zuigelingenvoeding) hebben begrepen dat het voor [BV X] essentieel was dat elk (micro)lek nauwkeurig zou worden gedetecteerd; was dit niet mogelijk, dan had Gullimex [BV X] ter zake tijdig behoren in te lichten. Met name mocht Gullimex niet verwachten dat [BV X] uit de meetspecificaties die voorkwamen in de verkoopofferte zou kunnen afleiden dat er een mogelijkheid was dat lekkages, anders dan bij de waterbaktestmethode, zo klein zouden zijn en zo weinig CO2 zouden doorlaten dat deze door de LeakPointer II zouden worden gemist. Al met al mocht [BV X] gelet op het bovenstaande dan ook, zonder (nader) eigen onderzoek of proefopstelling, redelijkerwijs verwachten en behoefde zij er in redelijkheid niet aan te twijfelen dat de LeakPointer II een voor haar productieproces passende vervanger van de waterbaktest was.
5.De slotsom
€ 1.788(2 punten x appeltarief II)