ECLI:NL:GHARL:2018:1654
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- mr. Wijma
- mr. Wijmenga
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van een administratieve sanctie voor het negeren van een inhaalverbod met betrekking tot een lesauto
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Noord-Nederland, die op 29 januari 2016 het beroep van de betrokkene ongegrond verklaarde. De betrokkene had een administratieve sanctie van € 230,- opgelegd gekregen voor het negeren van een inhaalverbod, dat gold op 2 maart 2015 op de Riegshoogtendijk te Hollandscheveld. De betrokkene erkende een lesauto te hebben ingehaald, maar stelde dat er geen inhaalverbod gold op de plek waar hij dit deed. Hij voerde aan dat het inhaalverbod niet van toepassing was omdat het bord F1/40 pas 30 á 40 meter na de kruising was geplaatst en dat hij de lesauto, die mogelijk met de snelheid van een tractor reed, mocht inhalen.
Het hof heeft de argumenten van de betrokkene beoordeeld en vastgesteld dat het inhaalverbod van kracht was op de plaats van de overtreding. De wetgeving omtrent verkeerstekens en de plaatsing van borden werd in overweging genomen. Het hof concludeerde dat de betrokkene de gedraging had verricht en dat er geen omstandigheden waren die aanleiding gaven om de opgelegde sanctie te matigen of op te heffen. De beslissing van de kantonrechter werd dan ook bevestigd.
Het hof benadrukte dat het negeren van verkeersborden niet naar eigen inzicht kan worden beoordeeld en dat de regels omtrent inhaalverboden strikt dienen te worden nageleefd. De uitspraak bevestigt de noodzaak voor weggebruikers om zich aan de geldende verkeersregels te houden, ongeacht de omstandigheden van de situatie.