ECLI:NL:GHARL:2018:3484
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- M. Sekeris
- M. Pranger
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen beslissing kantonrechter over niet opvolgen aanwijzing opsporingsambtenaar
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Oost-Brabant, die op 8 februari 2016 het beroep van de betrokkene ongegrond verklaarde. De betrokkene had een administratieve sanctie van € 360,- opgelegd gekregen voor het niet opvolgen van een aanwijzing van een opsporingsambtenaar. Dit incident vond plaats op 22 oktober 2013 op de Galileistraat te Eindhoven. De gemachtigde van de betrokkene voerde aan dat er sprake was van een misverstand en dat de betrokkene de aanwijzing van de verbalisant had opgevolgd door haar voertuig in de achteruit te zetten en de rijbaan weer op te gaan. De verbalisant had echter geconstateerd dat de betrokkene haar weg via het fietspad had vervolgd, ondanks de gegeven aanwijzing om terug te rijden.
Het hof beoordeelt de verklaringen van de verbalisant en de gemachtigde. De gemachtigde stelt dat de verbalisant niet alle relevante feiten in zijn eerste verklaring heeft opgenomen, maar het hof oordeelt dat de verklaring van de verbalisant voldoende grondslag biedt voor de vaststelling van de gedraging. Het hof concludeert dat de betrokkene de aanwijzing van de verbalisant heeft genegeerd en bevestigt de beslissing van de kantonrechter. De uitspraak benadrukt het belang van het opvolgen van aanwijzingen van opsporingsambtenaren in het verkeer, zoals vastgelegd in de Wegenverkeerswet 1994.