ECLI:NL:GHARL:2018:4206

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
4 mei 2018
Publicatiedatum
4 mei 2018
Zaaknummer
WAHV 200.216.176
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • mr. De Witt
  • mr. Wijmenga
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van de appelgrens in hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter inzake administratieve sanctie

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 4 mei 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Oost-Brabant, die op 28 december 2016 een administratieve sanctie had opgelegd aan de betrokkene. De kantonrechter had het beroep van de betrokkene gedeeltelijk gegrond verklaard en de sanctie gematigd tot € 45,-. De betrokkene heeft hoger beroep ingesteld, maar het hof oordeelt dat het hoger beroep niet-ontvankelijk is. Dit is gebaseerd op artikel 14 van de Wet administratieve handhaving verkeersvoorschriften (Wahv), dat bepaalt dat hoger beroep alleen mogelijk is als de opgelegde sanctie meer bedraagt dan € 70,-. Aangezien de kantonrechter de sanctie heeft gematigd tot € 45,-, is de appelgrens niet overschreden. De gemachtigde van de betrokkene had aangevoerd dat hij een extra bedrag van € 26,- had overgemaakt, maar het hof oordeelt dat dit niet relevant is voor de beoordeling van de appelgrens. De hoogte van de sanctie zoals deze door de kantonrechter is vastgesteld, is bepalend voor de ontvankelijkheid van het hoger beroep. Het hof verklaart het hoger beroep derhalve niet-ontvankelijk.

Uitspraak

WAHV 200.216.176
4 mei 2018
CJIB 194079619
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
zittingsplaats Leeuwarden
Arrest
op het hoger beroep tegen de beslissing
van de kantonrechter van de rechtbank Oost-Brabant
van 28 december 2016
betreffende
[betrokkene] (hierna te noemen: betrokkene),
wonende te [A] ,
voor wie als gemachtigde optreedt [B] ,
kantoorhoudende te [C] .

De beslissing van de kantonrechter

De kantonrechter heeft het beroep van de betrokkene tegen de door de Centrale Verwerking Openbaar Ministerie namens de officier van justitie genomen beslissing gedeeltelijk gegrond verklaard en de sanctie gematigd tot een bedrag van € 45,-.
Het procesverloop
De betrokkene heeft tegen de beslissing van de kantonrechter hoger beroep ingesteld.
De advocaat-generaal heeft een verweerschrift ingediend.
De gemachtigde van de betrokkene heeft schriftelijk een nadere toelichting gegeven op het beroep. Daarbij is verzocht om een behandeling ter zitting.
De advocaat-generaal is in de gelegenheid gesteld een reactie te geven op de nadere toelichting op het beroep. Hiervan is geen gebruik gemaakt.
Op 28 december 2017 en 8 januari 2018 zijn nog brieven van de gemachtigde van de betrokkene ontvangen.
Op 24 januari 2018 is een e-mailbericht van de gemachtigde van de betrokkene ontvangen waarin de gemachtigde heeft aangegeven niet ter zitting te zullen verschijnen.

Beoordeling

1. Ingevolge het bepaalde in artikel 14, eerste lid, van de Wet administratieve handhaving verkeersvoorschriften (Wahv) kan tegen de beslissing van de kantonrechter hoger beroep bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden worden ingesteld, indien de opgelegde administratieve sanctie bij die beslissing meer bedraagt dan € 70,-. Dat is hier niet het geval. De kantonrechter heeft de aan de betrokkene opgelegde gematigd tot € 45,-.
2. De gemachtigde van de betrokkene voert aan dat hij € 26,- heeft overgemaakt zodat het bedrag boven de appelgrens uitkomt en de zaak alsnog in hoger beroep behandeld kan worden.
3. In artikel 14 Wahv is bepaald in welke gevallen hoger beroep van de uitspraak van de kantonrechter openstaat bij het hof. Voor zover hier van belang bepaalt het eerste lid van dit artikel dat degene die bij de rechtbank beroep heeft ingesteld, alsmede de officier van justitie, tegen de beslissing van de kantonrechter hoger beroep kunnen instellen bij het gerechtshof te Leeuwarden, tenzij de opgelegde administratieve sanctie
bij die beslissingniet meer bedraagt dan € 70,-. Daarom is hoogte van de sanctie bepalend, zoals deze is nadat de kantonrechter op het beroep heeft beslist. Dat de betrokkene een bedrag heeft betaald dat meer is dan € 70,-, is dus niet van belang omdat de kantonrechter de sanctie heeft gematigd tot € 45,- en dat het bedrag is op basis waarvan wordt beoordeeld of de appelgrens van toepassing is.
4. Gelet op het voorgaande zal het hoger beroep niet-ontvankelijk worden verklaard.

Beslissing

Het gerechtshof:
verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door mr. De Witt, in tegenwoordigheid van mr. Wijmenga als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting.