ECLI:NL:GHARL:2018:5785
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- mr. Wijma
- mr. Stoop
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake proceskostenvergoeding en rechtsbijstand door derde
Op 22 juni 2018 heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Den Haag van 24 augustus 2016. De zaak betreft de betrokkene, vertegenwoordigd door een gemachtigde, die in beroep ging tegen beslissingen van de Centrale Verwerking Openbaar Ministerie. De kantonrechter had de beroepen van de betrokkene gegrond verklaard, maar de verzoeken om proceskostenvergoeding afgewezen, omdat de kantonrechter van mening was dat de gemachtigde onvoldoende juridische scholing had genoten om rechtsbijstand te verlenen.
In hoger beroep heeft de gemachtigde echter bewijsstukken overgelegd, waaronder een studievoortgangsoverzicht en een bachelordiploma fiscaal recht, waaruit blijkt dat hij wel degelijk over de benodigde juridische scholing beschikt. Het hof oordeelt dat de kantonrechter ten onrechte de verzoeken om proceskostenvergoeding heeft afgewezen. Het hof heeft vastgesteld dat het verlenen van rechtsbijstand een vast onderdeel is van de taakuitoefening van de gemachtigde en dat er sprake is van beroepsmatige rechtsbijstand.
Het hof heeft de beslissing van de kantonrechter vernietigd en de advocaat-generaal veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van de betrokkene, tot een totaalbedrag van € 626,25. Dit bedrag is vastgesteld op basis van de verrichte proceshandelingen en de aard van de zaak. De uitspraak is gedaan in aanwezigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.