In deze tussenuitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, gedateerd 6 maart 2019, wordt een aantal verzoeken van de verdediging behandeld in het kader van het hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Overijssel. De verdachte, die momenteel verblijft in PI Overijssel, heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 6 juli 2018. Tijdens de regiezitting op 20 februari 2019 heeft de verdediging verschillende verzoeken ingediend, waaronder het verzoek om in het bezit te worden gesteld van alle auditief opgenomen verhoren van getuigen. Het hof heeft dit verzoek toegewezen, met de voorwaarde dat de advocaat-generaal zorgdraagt voor geheimhouding en privacy van de betrokkenen.
Daarnaast heeft de verdediging verzocht om getuigen te horen, waaronder ambulancemedewerkers en deskundigen van het NFI, met betrekking tot de mogelijkheid van contaminatie bij het onderzoek naar biologische sporen. Het hof heeft het verzoek om de ambulancemedewerkers te horen toegewezen, maar het verzoek om de deskundigen te horen afgewezen wegens onvoldoende onderbouwing. Ook het verzoek om het tuinstoelkussen te laten onderzoeken op sporen is afgewezen.
Het hof heeft besloten het onderzoek te heropenen en de raadsheer-commissaris belast met het horen van de getuigen. De verzoeken tot het horen van bepaalde deskundigen zijn afgewezen, en het hof heeft bepaald dat het onderzoek voor onbepaalde tijd wordt geschorst, met een maximale duur van drie maanden. De verdachte zal op een later tijdstip worden opgeroepen, met tijdige kennisgeving aan de raadsman en benadeelde partijen.