Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verweerder in hoger beroep,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een verzoek tot nihilstelling van de onderhoudsbijdrage voor de meerderjarige dochter van de man en de vrouw, die in het verleden een echtscheiding hebben ondergaan. De man heeft verzocht om de kinderalimentatie, die hij voor zijn dochter [verzoekster] betaalde, op nihil te stellen, omdat zij inmiddels meerderjarig is geworden. De rechtbank Midden-Nederland heeft in eerdere beschikkingen de verzoeken van de man toegewezen, maar [verzoekster] is in hoger beroep gegaan tegen de beschikking van 22 november 2017, waarin haar onderhoudsbijdrage op nihil werd gesteld. Het hof heeft vastgesteld dat de man geen onderhoudsplicht meer heeft jegens [verzoekster] op basis van het convenant en het ouderschapsplan, omdat deze documenten geen door de rechter vastgestelde bijdrage bevatten. Het hof oordeelt dat de man niet langer verplicht is om alimentatie te betalen aan [verzoekster] en verklaart hem niet-ontvankelijk in zijn verzoek tot nihilstelling van de onderhoudsbijdrage. De proceskosten in hoger beroep worden gecompenseerd, zodat elke partij de eigen kosten draagt.