Uitspraak
wonende te [C] .
De beslissing van de kantonrechter
Het procesverloop
Van die gelegenheid is geen gebruik gemaakt.
Beoordeling
18 februari 2016 overgelegd. Deze machtiging bevat een digitaal getekende handtekening. Vervolgens heeft mr. [A] een met de hand ondertekende machtiging d.d. 20 februari 2016 overgelegd. Het hof stelt vast dat de onder de bovengenoemde machtigingen geplaatste handtekeningen weliswaar iets van elkaar verschillen, maar is van oordeel dat deze verschillen kunnen worden verklaard door de wijze van ondertekening. Gelet daarop en in aanmerking genomen dat in beide machtigingen het onderhavige CJIB-nummer is vermeld en een kopie van het rijbewijs van de betrokkene is overgelegd, bestaat naar het oordeel van het hof redelijkerwijs geen twijfel dat mr. [A] optrad namens de betrokkene. De kantonrechter heeft de machtigingen dan ook niet ontoereikend kunnen achten.
€ 512,- en gelet op de aard van de zaak wordt de wegingsfactor 0,25 toegepast (gewicht van de zaak = zeer licht, de betrokkene wordt slechts ter zake van de machtigingskwestie in het gelijk gesteld). Aldus zal het hof de advocaat-generaal veroordelen in de kosten tot een bedrag van € 128,-.