ECLI:NL:GHARL:2019:461
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- mr. Wijma
- mr. Pranger
- Rechtspraak.nl
Wijziging feitcode in administratieve sanctie bij verkeersboete
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 21 januari 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Den Haag. De zaak betreft een administratieve sanctie opgelegd aan de betrokkene voor het niet rechts houden op een weg. De kantonrechter had het beroep van de betrokkene gegrond verklaard, de beslissing van de officier van justitie vernietigd en het beroep tegen de inleidende beschikking ongegrond verklaard. De betrokkene, vertegenwoordigd door een gemachtigde, heeft hoger beroep ingesteld en verzocht om een proceskostenvergoeding.
Het hof heeft de argumenten van de gemachtigde van de betrokkene beoordeeld, waaronder de betwisting van de gedraging en de onjuiste feitcode. De gemachtigde stelde dat de verbalisanten gefrustreerd waren en dat de betrokkene niet op de hoogte was van de bekeuring totdat deze werd ontvangen. Het hof oordeelde dat de verklaring van de verbalisanten voldoende bewijs biedt voor de gedraging, en dat de wijziging van de feitcode geoorloofd is, mits de betrokkene niet in zijn verdediging wordt geschaad.
Het hof heeft de beslissing van de kantonrechter vernietigd voor zover deze het beroep tegen de inleidende beschikking ongegrond verklaarde en heeft de inleidende beschikking gedeeltelijk gegrond verklaard. De omschrijving van de gedraging en de feitcode zijn gewijzigd naar feitcode R617C. Tevens heeft het hof de proceskostenvergoeding van de kantonrechter herzien en de advocaat-generaal veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van de betrokkene tot een bedrag van € 887,50.