ECLI:NL:GHARL:2019:5553
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- M. van Schuijlenbrug
- A. Arntz
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van sanctiebeschikking wegens onterecht opgelegde administratieve sanctie voor parkeren met stilstaand voertuig
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 5 juli 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Midden-Nederland van 12 september 2017. De betrokkene had hoger beroep ingesteld tegen een administratieve sanctie van € 90,- die was opgelegd voor het niet gebruiken van de rijbaan met een stilstaand voertuig. De gedraging zou hebben plaatsgevonden op 11 juli 2016 op het Vestingpad te Naarden. De betrokkene voerde aan dat de plek waar hij zijn auto had geparkeerd al lange tijd als parkeerplaats werd gedoogd en dat er pas na de pleegdatum borden waren geplaatst die het parkeren daar verbieden.
Het hof heeft de zaak beoordeeld aan de hand van de verklaringen van de verbalisant en de beschikbare foto's. Het hof concludeerde dat de betrokkene zijn voertuig niet op de rijbaan, trottoir, voetpad, fietspad, fiets/bromfietspad of ruiterpad had geparkeerd, zoals vereist door artikel 10, eerste lid, van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990). Bovendien was er geen bewijs dat de betrokkene het fietspad had gebruikt om de parkeerplaats te bereiken.
Daarom heeft het hof de beslissing van de kantonrechter vernietigd en het beroep van de betrokkene gegrond verklaard. De sanctie werd onterecht opgelegd en het bedrag dat door de betrokkene was gestort ter zekerheid moest aan hem worden gerestitueerd. Het hof heeft de beslissing van de officier van justitie en de inleidende beschikking vernietigd, waarmee de betrokkene in zijn verdedigingsbelang niet was geschaad.