ECLI:NL:GHARL:2020:4901
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over loondoorbetaling tijdens procedure omtrent ontslag op staande voet en ontbinding arbeidsovereenkomst
In deze zaak heeft Dehatra B.V. hoger beroep ingesteld tegen een mondelinge beschikking van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Nederland, waarin Dehatra werd veroordeeld tot doorbetaling van het loon van [verweerder] vanaf 4 december 2019 tot de datum waarop de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig is geëindigd. De aanleiding voor het ontslag op staande voet was het leugenachtig gedrag van [verweerder], die naar verluidt informatie over zijn activiteiten in het weekend had verzwegen. De kantonrechter oordeelde dat het ontslag niet gerechtvaardigd was en dat de loondoorbetaling moest doorgaan totdat de hoofdzaak was beslist.
Tijdens de mondelinge behandeling in hoger beroep heeft het hof vastgesteld dat Dehatra onvoldoende redenen had om aan te nemen dat de bodemrechter het ontslag rechtsgeldig zou achten. Het hof heeft de beroepsgronden van Dehatra gezamenlijk besproken en geconcludeerd dat de kantonrechter terecht had geoordeeld dat Dehatra loon moest doorbetalen. Het hof heeft de beslissing van de kantonrechter bevestigd en het hoger beroep verworpen, waarbij Dehatra werd veroordeeld in de kosten van de procedure.
De zaak benadrukt de noodzaak voor werkgevers om zorgvuldig om te gaan met ontslagprocedures en de verplichtingen die voortvloeien uit de arbeidsovereenkomst, vooral in situaties van arbeidsongeschiktheid en re-integratie. Het hof heeft de beslissing van de kantonrechter verduidelijkt en de voorwaarden voor loondoorbetaling vastgesteld tot de definitieve uitspraak van de kantonrechter.