Uitspraak
Flefast,
[geïntimeerde],
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.Waar gaat de procedure over?
voorde oorspronkelijk door Flefast aangehouden datum. In eerste aanleg heeft Flefast met betrekking tot de loonvordering vergoeding van de wettelijke rente vanaf 14 dagen na factuurdatum – rekening houdende met betalingen – tot de dag van voldoening gevorderd en heeft zij de in dat verband per 30 juni 2018 verschuldigde rente ex artikel 6:119a BW begroot op € 983,02, te vermeerderen met de handelsrente vanaf
3.Wat is het oordeel van het hof?
“met een (hooi)vork”. Het totaal van de in rekening gebrachte uren is zeker de helft meer dan daadwerkelijk aan uren is besteed, aldus [geïntimeerde] .
“diverse uitgaande / inkomende telefoongesprekken klant en partijen”op de urenspecificaties. In reactie hierop heeft Flefast aangegeven dat een eenregelige mail het resultaat is van
“uitgebreide uitzoeking, raadpleging van het dossier en nadenken”. De bestede tijd kan dan ook niet worden afgelezen aan de lengte van een mailbericht. In hoger beroep heeft [geïntimeerde] volstaan met verwijzing naar zijn verweer in eerste aanleg.
4.De conclusie
5.De beslissing
€ 25.430,42, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente vanaf 14 dagen na factuurdatum met toepassing van artikel 6:44 BW, alsmede tot betaling van € 400,- ter zake van de buitengerechtelijke kosten;