ECLI:NL:GHARL:2020:7389

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
18 september 2020
Publicatiedatum
17 september 2020
Zaaknummer
21-005901-19
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Tussenuitspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenarrest inzake onderzoekswensen in strafzaak tegen verdachte met betrekking tot observatie in Pieter Baan Centrum

In deze tussenuitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, gewezen op 18 september 2020, wordt ingegaan op de onderzoekswensen van de verdediging in het hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Overijssel. De verdachte, geboren in 1977 en thans verblijvende in PI Overijssel, heeft hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van 29 oktober 2019. Het hof heeft kennisgenomen van de ingediende appelschriftuur en de reacties van het openbaar ministerie. Tijdens de regiezitting op 4 september 2020 zijn de onderzoekswensen van de verdediging besproken, waaronder het horen van getuigen en het verrichten van deskundigenonderzoeken door het NFI. Het hof heeft besloten om het onderzoek te heropenen en de verdachte ter observatie op te nemen in het Pieter Baan Centrum, terwijl de overige verzoeken van de verdediging zijn afgewezen. Het hof oordeelt dat de noodzaak voor de overige onderzoekswensen onvoldoende is onderbouwd. De beslissing om het onderzoek te schorsen voor onbepaalde tijd is genomen, met het oog op de benodigde aanvullende onderzoekshandelingen die naar verwachting niet binnen een maand zullen zijn voltooid. De verdachte zal tegen een nader te bepalen tijdstip worden opgeroepen, met kennisgeving aan de betrokken partijen.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-005901-19
Uitspraak d.d.: 18 september 2020
TEGENSPRAAK
Tussenarrestvan de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Zwolle
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Overijssel van 29 oktober 2019 met parketnummer 08-910004-18 in de strafzaak tegen

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1977,
thans verblijvende in PI Overijssel, HvB Karelskamp, te Almelo.

Het hoger beroep

De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld. Dit hoger beroep is nadien partieel ingetrokken waardoor het hoger beroep zich niet meer richt op het onder 2 ten laste gelegde feit.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 4 september 2020.
Het hof heeft kennisgenomen van het door de verdediging ingediende appelschriftuur d.d. 26 november 2019. Van het openbaar ministerie heeft het hof op 1 september 2020 een reactie op de in de appelschriftuur genoemde onderzoekswensen ontvangen. Ook heeft het hof kennisgenomen van het schrijven van de verdediging d.d. 2 september 2020 waarin een aanvullende onderzoekswens is geformuleerd.
Het hof heeft voorts kennisgenomen van hetgeen door de advocaat-generaal, verdachte en zijn raadsman, mr. A.C. Huisman, naar voren is gebracht.

Onderzoekswensen verdediging

Bij e-mail van 26 november 2019 heeft de verdediging een appelschriftuur ingediend waarin de volgende onderzoekwensen zijn geformuleerd:
Een deskundigenonderzoek (in de vorm van een rapportage) van het NFI naar de vraag of het bewerken van gegalvaniseerd plaatstaal door erin te boren of anderszins op dit materiaal gangbare bewerkingen toe te passen, soortgelijk cupjes/fragmentjes kan opleveren als het fragmentje dat is aangetroffen;
een deskundigenonderzoek (in de vorm van een rapportage) van het NFI over de vraag welke factoren van invloed zijn of kunnen zijn op het mogelijk verdwijnen van DNA op de handgrepen van de lade waarin het pistool lag;
een deskundigenonderzoek (in de vorm van een rapportage) van het NFI waarin men nader rapporteert over de twee in het hoofd van [slachtoffer] aangetroffen oppervlakkige huidbeschadigingen;
het verrichten van een persoonlijkheidsonderzoek door zowel een psycholoog als een psychiater (eventueel door middel van opname in het PBC);
voorwaardelijk verzoek: het horen van de PIW’er die het gesprek van psycholoog Van der Leeuw met appellant heeft bijgewoond.
Bij e-mail van 2 september 2020 is door de verdediging een aanvullende onderzoekswens geformuleerd.
het horen van getuige [getuige 1] ;
het aanvullend horen van [getuige 2] indien het verhoor van [getuige 1] daartoe aanleiding geeft.
De raadsman heeft deze onderzoekswensen ter terechtzitting (nader) toegelicht. Daarbij is de onderzoekswens als genoemd onder c) door de verdediging ingetrokken.

Standpunt van het openbaar ministerie

Door de advocaat-generaal is bij e-mail van 1 september 2020 schriftelijk gereageerd op de verzoeken van de verdediging. De advocaat-generaal heeft zich op het standpunt gesteld dat de verzoeken van de verdediging beoordeeld moeten worden aan de hand van het noodzaakcriterium, met uitzondering van het voorwaardelijk verzoek als genoemd onder e). Dit verzoek dient beoordeeld te worden aan de hand van het verdedigingsbelang.
Volgens de advocaat-generaal moeten de verzoeken worden afgewezen, nu de noodzaak daartoe niet is gebleken, met uitzondering van het verzoek tot het verrichten van een persoonlijkheidsonderzoek. Primair stelt zij zich op het standpunt dat een opname in het PBC het meest gewenst is, subsidiair stelt zij voor een ambulante triple-rapportage door nieuwe rapporteurs.
De advocaat-generaal heeft haar standpunt ter terechtzitting van 4 september 2020 nader toegelicht. Ten aanzien van de aanvullende onderzoekswens van de raadsman tot het horen van getuige [getuige 1] heeft zij geconcludeerd tot afwijzing van dat verzoek wegens het ontbreken van de noodzaak daartoe.

Oordeel van het hof

a.
Deskundigenonderzoek van het NFI naar cupjes/fragmentjes plaatstaal
In het licht van de stukken die zich thans in het dossier bevinden, het onderzoek dat reeds is verricht en hetgeen door de deskundige Kerkhoff ter terechtzitting van de rechtbank over de cupjes is verklaard, waarbij ook de mogelijkheden en waarschijnlijkheden zijn besproken, acht het hof de noodzaak voor dit onderzoek onvoldoende onderbouwd terwijl ook overigens de noodzaak daartoe niet is gebleken en wijst het verzoek af.
Deskundigenonderzoek van het NFI naar het verdwijnen van DNA op handgrepen van de lade waarin het pistool lag
Gelet op de daaraan ten grondslag gelegde onderbouwing ziet het hof geen noodzaak tot het verrichten van dit onderzoek, zodat dit verzoek zal worden afgewezen.
Het verrichten van persoonlijkheidsonderzoek door psycholoog en psychiater (eventueel door middel van opname in het PBC)
Het hof acht het noodzakelijk dat nader onderzoek wordt verricht naar de persoon van verdachte. Hierbij overweegt het hof dat het, als het komt tot een bewezenverklaring van één of meer ten laste gelegde feiten, zal moeten beraadslagen over de strafbaarheid van verdachte en over de oplegging van een straf en/of maatregel. Dit klemt temeer nu de reeds uitgebrachte rapportages méér dan een jaar geleden zijn opgesteld en verdachte niet instemt met het gebruik daarvan. Daarnaast heeft een onderzoek door het Pieter Baan Centrum ten opzichte van de reeds uitgevoerde onderzoeken meerwaarde doordat ook een milieuonderzoek wordt uitgevoerd en sprake is van een langdurige observatie van verdachte. Ter zitting van het hof is door de verdediging te kennen gegeven dat verdachte zal meewerken aan dit onderzoek.
Het horen van PIW’er
Nu niet aan de daaraan door de verdediging verbonden voorwaarde is voldaan zal het hof geen beslissing nemen op dit verzoek.
Het horen van getuige [getuige 1]
Gelet op de daaraan ten grondslag gelegde onderbouwing ziet het hof geen noodzaak tot het horen van deze getuige, zodat dit verzoek zal worden afgewezen.
Het aanvullend horen van getuige [getuige 2] , indien het verhoor van [getuige 1] daartoe aanleiding geeft
Nu niet aan de daaraan door de verdediging verbonden voorwaarde is voldaan, het verzoek om de getuige [getuige 1] te horen wordt immers door het hof afgewezen, zal het hof geen beslissing nemen op dit verzoek.

BESLISSING

Het hof:
Heropent het onderzoek.
Stelt de stukken in handen van de raadsheer-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in dit hof teneinde verdachte
ter observatie te doen opnemen in het Pieter Baan Centrum, met voormeld doel.

Wijst af de overige verzoeken van de verdediging.

Schorst het onderzoek ter terechtzitting voor onbepaalde tijd.
Om de
klemmende redenendat het zittingsrooster van het hof een eerdere behandeling van de zaak niet toelaat en de aanvullende onderzoekshandelingen naar verwachting niet binnen een maand zullen zijn voltooid, zal het onderzoek langer dan een maand, maar niet langer dan drie maanden worden geschorst.
Beveeltde oproeping van de verdachte tegen het nog nader te bepalen tijdstip, met tijdige kennisgeving daarvan aan de raadsman van verdachte, aan de benadeelde partijen en aan hun raadsman.
Aldus gewezen door
mr. B.J.J. Melssen, voorzitter,
mr. H. Heins en mr. A.J. Smit, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. M. Klein, griffier,
en op 18 september 2020 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
De griffier is buiten staat dit tussenarrest mede te ondertekenen.
Proces-verbaal van het in dezelfde zaak voorgevallene ter openbare terechtzitting van het gerechtshof van 18 september 2020.
Tegenwoordig:
mr. K.J.C. Geeve, voorzitter,
mr. A.H.J.M. Damen, advocaat-generaal,
mr. M.E. Ruiter, griffier.
De voorzitter doet de zaak uitroepen.
De verdachte is niet in de zaal van de terechtzitting aanwezig.
De voorzitter spreekt het tussenarrest uit.
Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal, dat door de voorzitter en de griffier is vastgesteld en ondertekend.