Uitspraak
de man,
de vrouw,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.Waar gaat deze zaak over?
huur die de man aan de vrouw verschuldigd zou zijn. Dat conflict heeft de volgende achtergrond.
6 april 2016 executoriaal derdenbeslag gelegd onder de [de bank] om betaling te verkrijgen van achterstallige alimentatie. Tot en met maart 2016 was de betalingsachterstand van de man berekend op € 10.151,61, vermeerderd met kosten en de lopende maandelijkse bijdrage van € 1.259,96.
3.Het oordeel van het hof
een ander, en samenwoning van partijen zelf maakt geen einde aan de lotsverbondenheid die tussen hen is ontstaan door het huwelijk of geregistreerd partnerschap. Die verbondenheid vormt de grondslag van een onderhoudsverplichting die in de wet is geregeld. Met andere woorden: het samenwonen met je gewezen partner valt niet onder het bereik van artikel 1:160 BW.
Partijen hebben wel kunnen afspreken dat de alimentatieverplichting na 1 maart 2011 eindigde of zou worden opgeschort, maar er zijn geen aanwijzingen voor dat zij dat hebben gedaan. Integendeel: de man is vanaf 1 maart 2011 juist alimentatie aan de vrouw blijven betalen. Het hof zal daarom zijn bewijsaanbod bij gebrek aan een deugdelijke onderbouwing passeren.
Betalingen aan de vrouw in 2013
11 februari 2009 aan haar toegekende bedrag uit de boedelscheiding, onvoldoende onderbouwd dat de betaling is gedaan ter voldoening aan zijn alimentatieverplichting en/of dat hij dit bedrag zonder rechtsgrond en daarmee onverschuldigd heeft voldaan. Het hof zal dit bedrag dan ook niet meenemen in de berekening van wat de man als alimentatie of onverschuldigd aan de vrouw heeft betaald. De vrouw heeft niet betwist dat het bedrag van
Betalingen aan het LBIO
Betaalde huur en belastingen
volledigedoor hem betaalde huur in de plaats van de alimentatie zouden komen. Hij heeft daarmee onvoldoende onderbouwd dat een dergelijke afspraak is gemaakt. Hij heeft geen gegevens verstrekt die een andere richting op wijzen, zoals over de inkomsten en uitgaven van partijen in de bewuste periode. Ook anderszins is niet onderbouwd dat de man redelijkerwijs mocht verwachten dat de vrouw ermee instemde dat het volledige bedrag van de door hem betaalde huur in mindering zou worden gebracht op de verschuldigde alimentatie. De betalingen voor de huur kunnen ook niet als onverschuldigd voldaan worden aangemerkt omdat de man, in het licht van de betwisting door de vrouw, onvoldoende heeft onderbouwd dat hij zonder rechtsgrond heeft betaald.
nettoper maand moet voldoen en dus naast een bedrag van € 1.000,- per maand nog een bedrag in verband met door haar over de alimentatiebijdrage verschuldigde Inkomstenbelasting. De vrouw heeft overigens ook geen feiten of omstandigheden aangevoerd waaruit blijkt dat de bedoeling van partijen een andere was dan waarvan de rechtbank is uitgegaan. Het is dan niet aannemelijk dat de man, zoals de vrouw stelt, de door de vrouw verschuldigde Inkomstenbelasting heeft betaald omdat hij inzag dat hij dit, naast een bedrag van € 1.000,- per maand, aan haar verschuldigd was. De vrouw heeft geen andere redenen aangevoerd waarom de man, toen zij betalingsproblemen kreeg, tot betaling van de belasting is overgegaan. Het hof gaat er daarom, met de man, vanuit dat partijen hebben afgesproken dat de man de door hem vanaf februari 2014 te betalen bedragen aan Inkomstenbelasting in mindering kon brengen op de door hem verschuldigde alimentatie. De vanaf februari 2014 betaalde Inkomstenbelasting ad € 7.474,50 zal als door de man betaalde alimentatie worden aangemerkt. Wat betreft het in 2013 door de man aan de vrouw betaalde bedrag van € 644,- heeft de vrouw om dezelfde redenen niet voldoende gesteld om aan te nemen dat de man dit bedrag aan belastingen aan haar verschuldigd was. Ook dit bedrag zal daarom worden meegenomen bij de berekening van wat de man uit hoofde van zijn alimentatieverplichting of onverschuldigd aan de vrouw heeft betaald.
Berekening
in totaal € 63.249.14 verschuldigd en in de eerste drie maanden van 2016 afgerond € 3.286,85 (25% van € 13.147,39). Dat is in totaal € 66.535,99. De man heeft dan (€ 66.535,99 - € 66.350,98 =) € 185,01 te weinig betaald.