Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.De samenvatting van de zaak
2.Het geding in hoger beroep
3.De achtergrond van het geschil
4.De in deze zaak uitgebrachte rappoten
5.De motivering van de beslissing in hoger beroep
€ 68.636,20
- de bedrijfsschade na november 2016 is niet aan Lidl toe te rekenen, althans de bedrijfsschade is ten onrechte tot april 2018 berekend
- [betrokkene1] hanteert omzetcijfers, terwijl bepalend is of sprake is van winstderving
- [betrokkene1] hanteert ten onrechte een groeiprognose van 20%
- [betrokkene1] heeft niet aan zijn schadebeperkingsplicht voldaan
- [betrokkene1] vordert vergoeding van kosten die ook al in de rapporten van Lengkeek en Cunningham Lindsey Nederland bv zijn opgenomen, zonder toe te lichten waarom hij vindt dat de schade hoger is dan in die rapporten is opgenomen
- [betrokkene1] vordert naast vergoeding van de gederfde winst ook vergoeding van de interne loonkosten en gederfd huurgenot, terwijl dat al in de gederfde winst is vervat
- [betrokkene1] hanteert bij de berekening van de gederfde winst ten onrechte een brutomarge van 55%
- [betrokkene1] wil vergoeding van zijn volledige advocaatkosten, die niet zijn gespecificeerd en niet in redelijkheid zijn gemaakt en bovendien in de proceskostenveroordeling verdisconteerd zijn
- [betrokkene1] vordert ten onrechte vergoeding van rente en boetes.