Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- het beroepschrift met producties, ingekomen op 7 januari 2021;
- een journaalbericht van mr. Van Elk van 25 januari 2021 met als productie een akte wijziging verzoek;
- een journaalbericht van mr. Van Elk van 2 april 2021 met producties;
- een brief van de GI van 7 april 2021;
- een journaalbericht van mr. Van Elk van 12 april 2021 met als productie een pleitnota.
- de moeder bijgestaan door mr. R. van Vliet, kantoorgenoot van mr. Van Elk,
- [C] , [D] namens de GI,
- de vader, vergezeld van zijn ambulant begeleider [E] , aan wie bijzondere toegang is verleend tot de mondelinge behandeling,
- [F] , namens de raad voor de kinderbescherming (verder: de raad).
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
primair: de GI niet-ontvankelijk te verklaren in haar verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling van de kinderen althans dit verzoek af te wijzen, omdat niet is voldaan aan het wettelijk criterium als bedoeld in artikel 1:255 van het Burgerlijk Wetboek (BW);
subsidiair: de GI niet-ontvankelijk te verklaren in haar verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling van de kinderen althans dit verzoek af te wijzen, omdat niet is voldaan aan de wettelijke criteria zoals bedoeld in artikel 1:255 BW in samenhang met artikel 1:262 BW; of
meer subsidiair: een bijzondere curator te benoemen om een onderzoek te verrichten naar de noodzakelijkheid van de ondertoezichtstelling en/of de belangen van de kinderen, zowel op korte als op lange termijn, en in afwachting van het onderzoek de behandeling van het onderhavige verzoek aan te houden tot een nader te noemen zittingsdatum.