Uitspraak
[appellant],
[geïntimeerden] c.s.,
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep in beide zaken
- De memories van grieven die in beide zaken zijn opgenomen in de appeldagvaardingen;
- De memories van antwoord in beide zaken; in zaak 200.290.780 bevat dit stuk ook een memorie van grieven in incidenteel hoger beroep van [geïntimeerden] c.s.;
- De memorie van antwoord van [appellant] in het incidenteel hoger beroep in zaak 200.290.780;
- Een akte uitlating van [geïntimeerden] c.s. van 21 mei 2021 in zaak 200.284.836;
- Een akte uitlating van [appellant] van 27 mei 2021 in zaak 200.284.836;
- Een akte overlegging producties van 4 juni 2021 van [appellant] in zaak 200.284.836;
- Een akte uitlating van [geïntimeerden] c.s. van 28 mei 2021 in zaak 200.290.780;
- Het verslag van de mondelinge behandeling die op 9 juni 2021 in beide zaken is gehouden (het proces-verbaal).
2.Waar gaan deze zaken over?
3.Het oordeel van het hof
achterzijdevan de woonboerderij en de parkeerplaatsen die [geïntimeerden] daar heeft gecreëerd deel uitmaken van het gehuurde. In een arrest van
achterliggendetuin en parkeerplaatsen behoorden. Volgens [appellant] huurt [geïntimeerden] dus niet de tuin aan de lange
zijkantvan het pand (waar de ingang naar de bedrijfsruimte zich bevindt), en maakt hij dus geen inbreuk op het huurgenot van [geïntimeerden] door zich daar en in het bedrijfsgedeelte te begeven. [geïntimeerden] bestrijdt deze uitleg, en verdedigt dat zij ook de tuin aan de zijgevel huurt (tot aan een schutting die de grens met huisnummer 2 markeert, dat zich aan de
voorzijdevan het pand bevindt).
4.De beslissing
- € 332,- aan procedurele kosten (verschotten) en
- € 2.228,- aan salaris.