Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
BESLISSING
persoonlijke verschijning van de verdachtebij de voortzetting van de behandeling van de zaak ter terechtzitting.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 9 september 2021 een tussenarrest gewezen in het hoger beroep van een strafzaak. De verdachte, geboren in 1995, had hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Nederland, dat op 12 juli 2019 was uitgesproken. Het hof heeft het onderzoek heropend omdat het noodzakelijk werd geacht dat er een voorlichtingsrapportage van de reclassering over de verdachte werd uitgebracht. Dit besluit volgde na het onderzoek op de terechtzitting van 26 augustus 2021, waar het hof kennisnam van de vordering van de advocaat-generaal tot bevestiging van het eerdere vonnis. De raadsman van de verdachte, mr. A.P.E.M. Pover, heeft ook zijn standpunten naar voren gebracht tijdens de zitting.
Het hof heeft besloten dat de verdachte persoonlijk aanwezig moet zijn bij de voortzetting van de behandeling van de zaak. Tevens is bepaald dat de stukken in handen van de advocaat-generaal worden gesteld met het doel om de reclasseringsrapportage te verkrijgen. De behandeling van de zaak zal worden hervat op een nog nader te bepalen tijdstip, waarbij ook het slachtoffer, R. Wessels, zal worden opgeroepen. Het hof heeft hiermee de procedure voortgezet en de betrokken partijen geïnformeerd over de verdere stappen in het proces.