Uitspraak
1.Calista Holding B.V. (Calista),
Calista c.s.,
de curator,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 6 december 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep over de aansprakelijkheid van Calista Holding B.V. en haar bestuurder [appellant2] voor schade die is ontstaan door het niet afnemen van een bedrijfspand. Eiseres, de curator van [naam1] Holding B.V., heeft hoofdelijke veroordeling van gedaagden gevorderd tot betaling van schade, waaronder een boete, omdat het pand niet is afgenomen. De curator stelt dat de overeenkomst tot aankoop van het pand is ontbonden en dat gedaagden aansprakelijk zijn voor de geleden schade. De rechtbank had eerder al geoordeeld dat de overeenkomst buitengerechtelijk was ontbonden en dat Calista en [appellant2] hoofdelijk aansprakelijk waren voor de schade. In hoger beroep hebben gedaagden de verklaring voor recht en de veroordelingen bestreden, maar het hof heeft geoordeeld dat de curator terecht de schade heeft begroot op € 146.181,14, vermeerderd met rente. Het hof heeft de vordering tegen [appellant2] afgewezen, omdat niet is aangetoond dat hij persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van bestuurders bij het aangaan van overeenkomsten en de gevolgen van faillissement voor contractuele verplichtingen.