ECLI:NL:GHARL:2022:11705
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- J. Corthals
- R. Prakke-Nieuwenhuizen
- G. Dam
- Rechtspraak.nl
Bevestiging vonnis rechtbank Overijssel inzake vrijspraak verdachte in strafzaak met betrekking tot tabak en accijns
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 5 augustus 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Overijssel van 4 maart 2021. De verdachte, geboren in 1983 en zonder bekende woon- of verblijfplaats, was vrijgesproken van het onder feit 1 tenlastegelegde. Het openbaar ministerie heeft hoger beroep ingesteld tegen deze vrijspraak. Tijdens de zitting op 22 juli 2022 heeft het hof het dossier bestudeerd en de vordering van de advocaat-generaal gehoord. De advocaat-generaal stelde dat het openbaar ministerie geen belang meer had bij een inhoudelijke behandeling van het onder feit 2 tenlastegelegde, waarop het hof besloot het openbaar ministerie in dat deel niet-ontvankelijk te verklaren.
Het hof bevestigde de vrijspraak van de rechtbank voor feit 1, maar voegde een aanvullende overweging toe. De advocaat-generaal had betoogd dat de aangetroffen tabak, na versnijding, geschikt was om te roken met een rookmachine en dus als rooktabak kon worden aangemerkt volgens artikel 32 van de Wet op de Accijns. Het hof oordeelde echter dat niet kon worden vastgesteld dat de tabak zonder verdere industriële bewerking voor roken geschikt was. De enkele omstandigheid dat de tabak na versnijding te roken was, was onvoldoende om tot een andere conclusie te komen. Het hof bevestigde het vonnis van de rechtbank met aanvulling van gronden en verklaarde de officier van justitie niet-ontvankelijk in het hoger beroep voor het tweede feit.