ECLI:NL:GHARL:2022:2123

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
10 maart 2022
Publicatiedatum
21 maart 2022
Zaaknummer
P21/0138
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van de beslissing van de rechtbank en verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaren

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 10 maart 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Zutphen, van 22 maart 2021. De rechtbank had de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde met een jaar verlengd en het verzoek tot voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege afgewezen. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank vernietigd en de terbeschikkingstelling met een termijn van twee jaren verlengd.

De terbeschikkinggestelde, geboren in 1960, verblijft in een forensisch psychiatrische kliniek en heeft een complexe psychiatrische achtergrond, waaronder een borderline persoonlijkheidsstoornis en zwakbegaafdheid. Het hof heeft gelet op verschillende rapportages van deskundigen, waaronder psychiater dr. H.L.C. Morre en psycholoog drs. P.E. Geurkink, die beiden adviseerden om de terbeschikkingstelling te verlengen. De kliniek heeft aangegeven dat de terbeschikkinggestelde momenteel op een longcareafdeling verblijft en dat er zorgen zijn over haar lichamelijke en geestelijke gezondheid.

Het hof heeft vastgesteld dat er onvoldoende basis is voor een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege, gezien het recidiverisico en de adviezen van de deskundigen. De veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen vereisen de verlenging van de maatregel. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank vernietigd en de terbeschikkingstelling met twee jaren verlengd, waarbij het verzoek tot voorwaardelijke beëindiging is afgewezen. De zaak benadrukt de noodzaak van zorgvuldige afwegingen in het kader van terbeschikkingstelling en de rol van deskundigen in het proces.

Uitspraak

TBS P21/0138
Beslissing d.d. 10 maart 2022
De kamer van het hof als bedoeld in artikel 67 van de Wet op de rechterlijke organisatie heeft te beslissen op het beroep van
[terbeschikkinggestelde],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1960,
verblijvende in Forensisch Psychiatrische Kliniek [locatie 1]
(hierna: de kliniek),
verder te noemen de terbeschikkinggestelde.
Het beroep is ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Zutphen, van 22 maart 2021. Deze beslissing houdt in de verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van één jaar en, impliciet, afwijzing van het verzoek tot voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege.
Het hof heeft gelet op de stukken, waaronder:
- het proces-verbaal van de zitting van dit hof van 9 september 2021;
- de tussenbeslissing van dit hof van 23 september 2021;
- het proces-verbaal van de zitting van dit hof van 16 december 2021;
- de Pro Justitia-rapportage van psychiater dr. H.L.C. Morre van 6 februari 2022;
- de Pro Justitia-rapportage van psycholoog drs. P.E. Geurkink van 18 februari 2022;
- een mail van de raadsman van 22 februari 2022, met als bijlagen een verlengingsadvies van de kliniek van 3 december 2021 en een maatregelrapport van 23 december 2021.
Het hof heeft ter zitting van 24 februari 2022 gehoord de advocaat-generaal
mr. L.H.J. Vijlbrief-Smit en de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door haar raadsman mr. A.H.T. de Haas, advocaat te Harderwijk.
Het hof heeft tevens ter zitting gehoord:
- De heer J.P. Robbertz, GZ-psycholoog, verbonden aan de kliniek.

Procedure

Het hof heeft in zijn tussenbeslissing van 23 september 2021 het volgende overwogen:
“Het hof acht zich op basis van de voorhanden zijnde informatie onvoldoende voorgelicht om
te kunnen oordelen op het door de terbeschikkinggestelde ingediende beroep. Volgens de
kliniek hebben zich in korte tijd belangrijke veranderingen voorgedaan in de lichamelijke en
geestelijke gezondheid van de terbeschikkinggestelde. Deze veranderingen kunnen invloed
hebben op het eerder vastgestelde recidiverisico, de zorgbehoefte en het risicomanagement.
Voor de kliniek is dit aanleiding geweest een ander traject te adviseren met meer vrijheden.
Vanwege deze wijzigingen in de toestand van de terbeschikkinggestelde en in het advies
van de kliniek, acht het hof voor de vorming van zijn eindoordeel een actueel
multidisciplinair onderzoek noodzakelijk. Daarbij dienen de vragen van de NIFP
standaardvraagstelling voor verlengingsrapportages te worden beantwoord. Daaronder zijn
ook vragen over een eventuele zorgmachtiging en het voortduren van de verpleging van
overheidswege. Het hof acht het noodzakelijk dat de deskundigen onderzoeken welke
behandelsetting het meest passend zou zijn voor de terbeschikkinggestelde gelet op haar
somatische en psychische situatie. Alle mogelijke opties dienen, in samenspraak met DIZ, te
worden onderzocht.”
Naar aanleiding van deze tussenbeslissing hebben dr. H.L.C. Morre, psychiater, en
drs. P.E. Geurkink, psycholoog respectievelijk op 6 februari 2022 en 18 februari 2022 gerapporteerd.

Overwegingen:

Het standpunt van de terbeschikkinggestelde
De raadsman heeft verzocht om - gelet op onder meer het subsidiariteitsbeginsel - de verpleging van overheidswege voorwaardelijk te beëindigen en aansluiting te zoeken bij de voorwaarden uit het maatregelrapport van 23 december 2021. De voorwaarde “Opname in een zorginstelling” (bij [locatie 2] of een soortgelijke zorginstelling) dient te worden verruimd door het toevoegen van de huidige kliniek. Gelet op de achteruitgang in de lichamelijke gezondheid van de terbeschikkinggestelde is het lastig voor te stellen dat zij nog nieuwe indexgerelateerde delicten zal plegen. Het recidiverisico is laag. Ook bij een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege fungeert de kliniek als vangnet als het na de overplaatsing naar [locatie 2] niet goed gaat met de terbeschikkinggestelde. De raadsman heeft zich niet verzet tegen de verlenging van de terbeschikkingstelling.
Het standpunt van het openbaar ministerie
De advocaat-generaal heeft zich op het standpunt gesteld dat de terbeschikkingstelling dient te worden verlengd met een termijn van twee jaren met continuering van de verpleging van overheidswege. Er is reeds een gedeelte van die termijn verstreken. [locatie 2] heeft de voorkeur om de terbeschikkinggestelde op te nemen in het kader van de verpleging van overheidswege. De terbeschikkinggestelde kan in het kader van transmuraal verlof worden geplaatst bij [locatie 2] .
Het oordeel van het hof
Vernietiging
Het hof zal de beslissing van de rechtbank vernietigen omdat het tot een andere beslissing komt over de duur van de verlenging van de terbeschikkingstelling.
Indexdelicten
De rechtbank Oost-Nederland, zittingsplaats Zutphen, heeft aan de terbeschikkinggestelde bij vonnis van 29 januari 2013 de maatregel van ter beschikkingstelling met verpleging van overheidswege opgelegd wegens viermaal opzettelijk brand stichten, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is en terwijl daarvan levensgevaar en gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander te duchten is. De rechtbank heeft daarbij vastgesteld dat dit misdrijven zijn die zijn gericht tegen of gevaar veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van één of meer personen.
Stoornis en recidivegevaar
Uit het verlengingsadvies van de kliniek van 17 december 2020 volgt dat bij de terbeschikkinggestelde sprake is van een borderline persoonlijkheidsstoornis, een ongespecificeerde alcoholgerelateerde stoornis en zwakbegaafdheid. Haar geringe frustratietolerantie en impulsiviteit lijken leidend te zijn voor haar gedrag. De kliniek schat het gevaar op herhaling in als matig zonder maatregel of als de verpleging van overheidswege voorwaardelijke zou worden beëindigd. De terbeschikkinggestelde heeft weinig ziekte-inzicht en is afhankelijk van medicatie en steunende/structurele begeleiding. Er is enig ziektebesef. Er is sprake van somatische problematiek bij de terbeschikkinggestelde.
Verlenging
Uit aanvullende informatie van de kliniek van 20 augustus 2021 volgt dat de terbeschikkinggestelde inmiddels binnen de kliniek is afgeschaald van beveiligingsniveau 3 naar beveiligingsniveau 2. De terbeschikkinggestelde verblijft nu op een longcareafdeling, waar zij, binnen haar mogelijkheden, overwegend stabiel functioneert. Aangezien de stap naar de forensische beschermde woonvorm van Transfore te groot bleek, is het van belang het vervolgtraject van de terbeschikkinggestelde met kleine stappen vorm te geven. De laatste maanden wordt een achteruitgang gezien op het gebied van lichamelijke gezondheid en stabiliteit en zelfs enige afvlakking op het gebied van psychiatrische problematiek. Gelet op de somatische problematiek heeft de terbeschikkinggestelde intensieve ondersteuning nodig bij haar zelfzorg. De kliniek adviseert om de terbeschikkingstelling te verlengen met een termijn van één jaar, met daarbij de opmerking dat er gezocht wordt naar een mogelijkheid om de terbeschikkinggestelde in de geriatrie te plaatsen. Op de zitting van het hof heeft de deskundige van de kliniek uiteengezet dat inmiddels wordt gedacht aan een zorgmachtiging volgens de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. Een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege zou een tussenstap zijn.
Uit het verlengingsadvies van de kliniek aan de rechtbank van 3 december 2021 volgt dat de terbeschikkinggestelde inmiddels is geïndiceerd voor opname binnen [locatie 2] .
[locatie 2] biedt neuro- en gerontopsychiatrie in een klinische behandelsetting. Het advies strekt tot verlenging van de terbeschikkingstelling en tot voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege.
Psychiater Morre adviseert in de Pro Justitiarapportage van 6 februari 2022 om de terbeschikkingstelling te verlengen met een termijn van één jaar met continuering van de verpleging van overheidswege. De psychiater ondersteunt de optie om de terbeschikkinggestelde bij [locatie 2] te plaatsen. Er is een zekere kans op nieuwe misdragingen door de terbeschikkinggestelde, vooral als de omgeving waarin zij komt te verkeren haar niet mocht aanstaan. Zij zal haar ongenoegen dan luid en duidelijk kenbaar maken en daarbij mogelijk ook gevaarlijk gedrag laten zien. Psycholoog Geurkink adviseert in de Pro Justitiarapportage van 18 februari 2022 eveneens om de terbeschikkingstelling te verlengen met een termijn van één jaar met continuering van de verpleging van overheidswege. Volgens de psycholoog doet de overplaatsing naar
[locatie 2] recht aan de snel verslechterende somatische conditie van de terbeschikkinggestelde, maar is een dergelijke overplaatsing niet zonder risico, gelet op haar instabiele psychiatrische conditie. Een psychische ontregeling kan bij de terbeschikkinggestelde gemakkelijk gepaard gaan met verbale en ook fysieke agressie naar haar omgeving. In een dergelijk geval moet de kliniek als achterwacht klaarstaan voor een (tijdelijke) terugplaatsing van de terbeschikkinggestelde. Om die reden is het meest wenselijke dat de overplaatsing naar [locatie 2] aanvankelijk wordt gerealiseerd in het kader van de verpleging van overheidswege met een machtiging voor transmuraal verlof voor het verblijf bij [locatie 2] . In dat kader zijn er alle mogelijkheden om de terbeschikkinggestelde goed te begeleiden en in te grijpen als de terbeschikkinggestelde ontregelt of dreigt te ontregelen.
Ter zitting is gebleken dat de terbeschikkinggestelde reeds heeft gekeken op de afdeling Geriatrie binnen [locatie 2] en dat zij op dit moment niet positief is over een overplaatsing naar die afdeling vanwege de hoge leeftijd en geestelijke toestand van de andere patiënten die daar verblijven. De terbeschikkinggestelde is welwillend om te gaan kijken bij de afdeling Neuro binnen [locatie 2] . [locatie 2] heeft een voorkeur om de terbeschikkinggestelde op te nemen in het kader van de verpleging van overheidswege zodat er meer mogelijkheden zijn tot ingrijpen als de terbeschikkinggestelde ontregelt of dreigt te ontregelen. Een overplaatsing van de terbeschikkinggestelde naar [locatie 2] in het kader van transmuraal verlof is mogelijk. De terbeschikkinggestelde is nog niet overgeplaatst naar [locatie 2] en het is nog niet bekend of en wanneer de overplaatsing daadwerkelijk kan worden gerealiseerd.
Gelet op de advisering van de kliniek, de advisering van de externe deskundigen en de overige omstandigheden die op de zitting naar voren zijn gekomen, is het hof van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen de verlenging van de maatregel eist. Mede gelet op het tijdsverloop sinds de formele expiratiedatum van de terbeschikkingstelling, te weten 13 februari 2021, is verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van twee jaren aangewezen.
Afwijzing verzoek van de terbeschikkinggestelde
Namens de terbeschikkinggestelde is verzocht om de verpleging van overheidswege voorwaardelijk te beëindigen. Gelet op het recidiverisico, de adviezen van de beide onafhankelijke rapporteurs om de terbeschikkinggestelde binnen de verpleging van overheidswege over te plaatsen en de weerstand tegen overplaatsing die de terbeschikkinggestelde op dit moment vertoont, is het hof van oordeel dat een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege nu niet aan de orde is. De verpleging van overheidswege is het aangewezen kader voor de overplaatsing naar [locatie 2] . Het hof merkt op dat het in de rede ligt dat aan het einde van deze termijn van de terbeschikkingstelling onderzoek zal plaatsvinden naar de mogelijkheid van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege of een zorgmachtiging in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. Aan deze opmerking mag de terbeschikkinggestelde overigens niet de verwachting ontlenen dat na afloop van de termijn de terbeschikkingstelling (voorwaardelijk) zal worden beëindigd dan wel een zorgmachtiging zal worden verleend.

Beslissing

Het hof:
Vernietigtde beslissing van de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Zutphen, van
22 maart 2021 met betrekking tot de terbeschikkinggestelde
[terbeschikkinggestelde].
Wijst afhet verzoek tot voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege.
Verlengtde terbeschikkingstelling met een termijn van
twee jaren.
Aldus gedaan door
mr. M.E. van Wees als voorzitter,
mr. W.A. Holland en mr. M.J. Vos als raadsheren,
en drs. I.M. van Woudenberg en drs. C.J.J.C.M. van Gestel als raden,
in tegenwoordigheid van mr. R. Kaatman als griffier,
en op 10 maart 2022 in het openbaar uitgesproken.
De raden zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.