Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Het onderzoek van de zaak
Het vonnis waartegen het hoger beroep is gericht
- de verdachte ter zake van het aan hem tenlastegelegde feit veroordeeld tot een taakstraf voor de duur van 180 uren, subsidiair 90 dagen hechtenis, waarvan voorwaardelijk 90 uren, subsidiair 45 dagen hechtenis;
- de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij] toegewezen tot een bedrag van
De tenlastelegging
- met zijn hand(en) onder het T-shirt van die [benadeelde partij] is gegaan en/of
- met zijn hand(en) over de rug en/of schouder, althans het lichaam van die [benadeelde partij] heeft gewreven en/of gestreeld, althans aangeraakt en/of
- met zijn hand(en) over de buik en/of borst(en), althans het lichaam van die [benadeelde partij] is gegaan en/of heeft gewreven en/of gestreeld, althans aangeraakt en/of
- meermalen, althans eenmaal zijn hand(en) in (de richting van) de onderbroek van die [benadeelde partij] heeft gebracht en/of de bovenbe(n)en van die [benadeelde partij] heeft aangeraakt.
Overweging met betrekking tot het bewijs
De verdediging heeft ter terechtzitting in hoger beroep vrijspraak bepleit op grond van gebrek aan wettig en overtuigend bewijs. Daarnaast heeft de raadsman van de verdachte bepleit dat het deel van de tenlastelegging wat betrekking heeft op “
met zijn hand(en) over de rug en/of schouder, althans het lichaam van die [benadeelde partij] heeft gewreven en/of gestreeld, althans aangeraakt”, niet kan worden gekwalificeerd als een onzedelijke handeling. Het gerechtshof overweegt hierover het volgende.
Bewezenverklaring
- met zijn hand onder het T-shirt van die [benadeelde partij] is gegaan en
- met zijn handen over de rug of schouder van die [benadeelde partij] heeft gewreven en
- met zijn hand over de buik en borst,van die [benadeelde partij] heeft gewreven en/of gestreeld, en
- zijn hand in (de richting van) de onderbroek van die [benadeelde partij] heeft gebracht en de bovenbenen van die [benadeelde partij] heeft aangeraakt.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
- de verhouding tot andere strafbare feiten, zoals onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijk strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd;
- de omstandigheid dat de destijds 50-jarige verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan ontucht met de destijds 8-jarige [benadeelde partij] .
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij]
€ 366,13 met dien verstande dat de opgevoerde reiskosten ter hoogte van € 26,82 zijn aangemerkt en toegewezen als proceskosten. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep gevoegd voor een bedrag van € 424,27. Dit verzoek is aangevuld in hoger beroep met de reiskosten om naar de zitting van het gerechtshof te komen, ten bedrage van € 31,32.
€ 31,32 zijn naar het oordeel van het gerechtshof eveneens te beschouwen als proceskosten. Dat houdt in dat het gerechtshof als proceskosten zal aanmerken en toewijzen een bedrag van € 58,14.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
180 (honderdtachtig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
90 (negentig) dagen hechtenis.
90 (negentig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
45 (vijfenveertig) dagenhechtenis, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij]
€ 366,13 (driehonderdzesenzestig euro en dertien cent) bestaande uit € 66,13 (zesenzestig euro en dertien cent) materiële schade en € 300,00 (driehonderd euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€58,14 (achtenvijftig euro en veertien cent).