In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 21 juni 2022 uitspraak gedaan in een hoger beroep betreffende de kinderalimentatie. De man, verzoeker in het principaal hoger beroep, heeft verzocht om wijziging van de kinderalimentatie die hij moet betalen voor zijn twee minderjarige kinderen, geboren in 2009 en 2010. De vrouw, verweerster in het principaal hoger beroep, heeft in eerste aanleg een wijziging van de alimentatie verzocht, die door de rechtbank Noord-Nederland op 5 februari 2020 was vastgesteld op € 302,- per kind per maand. De man heeft in zijn verzoek gesteld dat zijn financiële situatie is veranderd door de start van een geregistreerd partnerschap op 18 februari 2020, waardoor hij ook onderhoudsplichtig is voor zijn stiefkinderen. Het hof heeft vastgesteld dat de behoefte van de kinderen is gewijzigd en dat de werkelijke woonlasten van beide ouders lager zijn dan de forfaitaire woonlasten. Het hof heeft de kinderalimentatie met ingang van 5 februari 2020 tot 18 februari 2020 vastgesteld op € 275,- per kind per maand en met ingang van 18 februari 2020 op € 346,- per kind per maand. De proceskosten zijn gecompenseerd, waarbij elke partij de eigen kosten draagt. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.