Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 21 december 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek van de moeder om haar alleen met het gezag over de minderjarige kinderen te belasten. De moeder, bijgestaan door advocaat mr. F.B. Flooren, was in hoger beroep gegaan tegen een eerdere beschikking van de rechtbank Gelderland, die haar verzoek had afgewezen. De vader, vertegenwoordigd door advocaat mr. B. Anik, voerde verweer en vroeg het hof de moeder niet-ontvankelijk te verklaren in haar verzoek.
De procedure in eerste aanleg had plaatsgevonden na de echtscheiding van partijen, die op 21 april 2023 was ingeschreven. De ouders hebben samen meerderjarige en minderjarige kinderen. De moeder heeft tijdens de mondelinge behandeling op 12 december 2023 aangegeven dat er sprake was van huiselijk geweld en dat de vader strenge regels hanteerde voor de opvoeding van de kinderen, wat leidde tot een onhoudbare situatie. De moeder heeft de kinderen uiteindelijk naar een geheime verblijfplaats gebracht en woont nu met hen in de voormalige echtelijke woning.
Het hof heeft vastgesteld dat er onvoldoende informatie is om een beslissing te nemen over het gezag. De raad voor de kinderbescherming is verzocht om onderzoek te doen naar de situatie van de kinderen en de mogelijkheden voor gezamenlijk gezag. Het hof heeft een raadsheer-commissaris benoemd om toezicht te houden op het onderzoek en heeft de raad gevraagd om uiterlijk 18 april 2024 te rapporteren over het gezag over de minderjarige kinderen. De beslissing over het gezag en de zorgregeling is aangehouden tot dat moment.