Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 4 oktober 2020 te [pleegplaats] , gemeente [gemeente] ter uitvoering van het voorgenomen misdrijf, om door geweld of enige andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid een ambtenaar, te weten [verbalisant] en/of een of meer van zijn collega's, te dwingen tot het nalaten van een rechtmatige ambtsverrichting, te weten het ontruimen van een feest waarbij in strijd is met de door de Veiligheidsregio Groningen afgekondigde noodverordening COVID-19 (d.d. 29 september 2020) te veel personen aanwezig waren, door die [verbalisant] met de vlakke hand in het gezicht te slaan, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij op of omstreeks 4 oktober 2020 te [pleegplaats] , gemeente [gemeente] , zich met geweld en/of bedreiging met geweld, heeft verzet tegen een ambtenaar, [verbalisant] in zijn hoedanigheid als politieambtenaar, werkzaam in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, te weten het ontruimen van een feest waarbij in strijd met de door de Veiligheidsregio Groningen afgekondigde noodverordening COVID-l9 (d.d. 29 september 2020) te veel personen aanwezig waren door die [verbalisant] met de vlakke hand in het gezicht te slaan en daarbij de opmerking te maken ‘pleur op man’.