ECLI:NL:GHARL:2024:1522
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Wijziging omgangsregeling tussen moeder en haar zoon onder voogdij
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 29 februari 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep inzake de omgangsregeling tussen een moeder en haar zoon, die onder voogdij staat van de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering. De moeder, die in hoger beroep is gegaan tegen een eerdere beschikking van de rechtbank Midden-Nederland, verzocht het hof om de omgangsregeling te wijzigen. De rechtbank had eerder bepaald dat de moeder en haar zoon ten minste eenmaal per zes weken gedurende anderhalf uur omgang met elkaar zouden hebben, onder begeleiding van de gecertificeerde instelling. De moeder was van mening dat deze regeling te beperkt was en dat zij in staat was om een ruimere omgangsregeling te realiseren.
Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen. De moeder heeft sinds maart 2023 de omgangsafspraken nagekomen en de omgang tussen haar en haar zoon verloopt positief. De GI heeft aangegeven dat de moeder betrouwbaar is in het nakomen van afspraken en dat de omgangsfrequentie kan worden uitgebreid. Het hof heeft vastgesteld dat er geen contra-indicaties zijn voor een uitgebreidere omgangsregeling en heeft besloten dat de moeder en haar zoon eenmaal per drie weken gedurende twee uur omgang met elkaar zullen hebben, onder begeleiding. De beschikking van de rechtbank is vernietigd en de nieuwe regeling is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Het hof heeft de GI in overweging gegeven om, indien de omgang goed verloopt, de omgangsmomenten op termijn gedeeltelijk of geheel bij de moeder thuis te laten plaatsvinden.