Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij in of omstreeks de periode van 1 juni 2021 tot en met 1 januari 2023 te [plaats] , met slachtoffer [slachtoffer] , geboren op [geboortedatum] 2013 , die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, bestaande uit:
Overweging met betrekking tot het bewijs
Standpunt van de advocaat-generaal
Standpunt van de verdediging
nadathij al met [slachtoffer] en [getuige 1] in gesprek was geweest over het voorval. Hierdoor is mogelijk dat hij vervolgens tegenover zijn zoon slechts heeft willen uitdrukken wat [slachtoffer] tegen hem had gezegd.
Oordeel van het hof
Bewezenverklaring
hij in de periode van 1 juni 2021 tot en met 1 januari 2023 te [plaats] , met [slachtoffer] , geboren op [geboortedatum] 2013 , die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd, die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] , te weten:
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Standpunt van de advocaat-generaal
Standpunt van de verdediging
Oordeel van het hof
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
kwalificeertdit als hiervoor vermeld en
verklaartde verdachte strafbaar.
gevangenisstrafvoor de duur van
9 (negen) maanden.
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
€ 2.500,00 (tweeduizend vijfhonderd euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
opom aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [slachtoffer] , ter zake van het primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 2.500,00 (tweeduizend vijfhonderd euro) als vergoeding voor immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.