ECLI:NL:GHARL:2025:6178

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
7 oktober 2025
Publicatiedatum
8 oktober 2025
Zaaknummer
200.351.919
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Internationale handelsgeschil over levering van tortillachips met toepassing van het Weens Koopverdrag

In deze zaak gaat het om een geschil tussen [appellant], een Duitse handelaar, en Taste of USA B.V., een Nederlandse groothandel in voedingsmiddelen, over de levering van tortillachips. [appellant] had bij Taste een bestelling geplaatst voor verschillende smaken Takis, maar Taste heeft niet volledig geleverd conform de bestelling. Na een aantal wijzigingen in de bestelling en een gedeeltelijke ontbinding van de koopovereenkomst door [appellant], heeft Taste een deel van de koopprijs terugbetaald, maar niet het volledige bedrag. [appellant] heeft de kantonrechter verzocht om Taste te veroordelen tot terugbetaling van het resterende bedrag van € 8.901, vermeerderd met rente. De kantonrechter heeft de vordering afgewezen, maar [appellant] is in hoger beroep gegaan. Het hof heeft geoordeeld dat Taste niet heeft voldaan aan haar leveringsverplichtingen en dat [appellant] recht heeft op terugbetaling van het volledige bedrag, inclusief wettelijke rente vanaf de datum van ontbinding. Het hof heeft het vonnis van de kantonrechter vernietigd en Taste veroordeeld tot terugbetaling van het bedrag, evenals de proceskosten.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Arnhem
afdeling civiel recht
zaaknummer gerechtshof 200.351.919
zaaknummer rechtbank Midden-Nederland 11195340
arrest van 7 oktober 2025
in de zaak van
[appellant] ( [appellant] )
die woont in [woonplaats1] , Duitsland
advocaat: mr. T. Teke
Taste of USA B.V. (Taste)
die is gevestigd in Maarssen
advocaat: mr. F. Zivkovic-Laurenta

1.Het verloop van de procedure in hoger beroep

Naar aanleiding van het arrest van 27 mei 2025 heeft op 24 juli 2025 een mondelinge behandeling bij het hof plaatsgevonden. Daarvan is een verslag gemaakt dat aan het dossier is toegevoegd (het proces-verbaal). Hierna hebben partijen het hof gevraagd opnieuw arrest te wijzen.

2.De kern van de zaak

[appellant] heeft bij Taste tortillachips van het merk Takis besteld en daarvoor betaald. [appellant] wil een deel van de koopprijs terug, omdat Taste gedeeltelijk niet heeft geleverd wat [appellant] had besteld. Taste vindt dat [appellant] wel heeft ontvangen wat zij heeft besteld en weigert terugbetaling.

3.De vaststaande feiten

3.1.
Taste drijft een groothandel in met name uit de Verenigde Staten geïmporteerde voedingsmiddelen. [appellant] , handelend onder de naam [naam1] , verhandelt in Duitsland levensmiddelen. Partijen zijn in september 2023 met elkaar in contact gekomen, waarna [appellant] bij Taste tortillachips van het merk Takis (hierna kortweg: Takis) heeft besteld. De communicatie daarover verliep overwegend per WhatsApp, in de Engelse taal. Uit de WhatsApp-berichten, waarvan niet in geschil is dat die tussen partijen zijn uitgewisseld, blijkt het volgende.
3.2.
[appellant] bestelde op 11 september 2023 tien pallets Takis, waarvan de helft in de smaak Blue Heat (of Blue) en de andere helft in de smaak Fuego (ook wel Chilli genoemd). Eén pallet Takis bestaat uit 112 dozen. Op 11 september 2023 heeft Taste aan [appellant] de pro forma nota voor deze bestelling gemaild, voor een bedrag van in totaal € 50.400.
3.3.
Op 13 september 2023 heeft [appellant] de bestelling gewijzigd in vijf pallets Fuego en drie pallets Zombie. Voor deze gewijzigde bestelling heeft Taste aan [appellant] een gewijzigde pro forma factuur gestuurd voor een bedrag van € 40.320. Zoals afgesproken deed [appellant] dezelfde dag een aanbetaling van € 20.000. [appellant] bestelde op 28 september 2023 nog eens 190 dozen Fuego.
3.4.
Op 7 oktober 2023 deelde [appellant] Taste mee dat zij de gehele bestelling Fuego niet meer wilde, met als reden dat zij die bij een andere groothandel goedkoper kon inkopen. Taste reageerde met de opmerking dat deze partij Takis Fuego speciaal besteld was voor [appellant] en dat zij zou kijken of zij de partij aan een ander kon verkopen. Op 10 oktober 2023 wilde [appellant] toch drie pallets Takis Fuego afnemen. Taste weigerde dit omdat zij inmiddels bezig was de partij aan een andere klant te verkopen.
3.5.
Op 18 oktober 2023 liet Taste aan [appellant] weten dat de bestelling van de drie pallets Zombie de volgende dag opgehaald kon worden, waarop [appellant] informeerde of er nog meer Takis leverbaar waren. De dag erna bestelde [appellant] , naast de al bestelde drie pallets Zombie, één pallet Takis extra, in de smaak Dragon. Taste zond [appellant] voor de gewijzigde bestelling een aangepaste pro forma factuur, voor een bedrag van in totaal € 22.265,60. In aanvulling op haar eerdere betaling van € 20.000 betaalde [appellant] op 20 oktober 2023 het resterende bedrag van € 2.255,60 aan Taste. Partijen spraken die dag verder af dat Taste het transport zou regelen voor de vier pallets Takis.
3.6.
Op 16 november 2023 heeft de levering van de laatste twee pallets plaatsgevonden. [appellant] deelde Taste op 16 november 2023 mee dat op deze twee pallets te weinig dozen chips zaten, namelijk 2 x 90 in plaats van 2 x 112 (dus 44 te weinig) en dat alle 90 dozen de smaak Blue Heat betroffen (dus niet de bestelde smaken). Taste reageerde op dezelfde dag met de mededeling dat een en ander uitgezocht zou worden. [appellant] deelde, na een vraag of Taste het al uitgezocht had, op 22 november 2023 aan Taste mee dat [appellant] ‘teveel’ Blue Heat had. Partijen hebben daarna op initiatief van Taste onderhandeld over verlaging van de koopprijs voor de Takis Blue Heat, maar kwamen daarover niet tot een afspraak.
3.7.
In een sommatiebrief van 13 februari 2024 is Taste gesommeerd de ontbrekende 112 dozen Takis Zombie en 112 dozen Takis Dragon alsnog te leveren en de 180 geleverde maar niet bestelde dozen Takis Blue Heat terug te nemen. Daarbij is aangekondigd dat bij gebreke daarvan de koopovereenkomst zou worden ontbonden en Taste aan [appellant] een bedrag van in totaal € 11.076,80 voor alle ontbrekende Takis Zombie en Dragon zou moeten terugbetalen.
3.8.
In een brief van 13 mei 2024 heeft [appellant] de koopovereenkomst ontbonden. Taste heeft aan [appellant] een bedrag van € 2.175,80 terugbetaald, voor 44 dozen Takis die in het geheel niet waren geleverd. Het resterende bedrag van € 8.901 heeft Taste niet aan [appellant] terugbetaald.

4.De procedure bij de kantonrechter en het geschil in hoger beroep

4.1.
[appellant] heeft bij de kantonrechter gevorderd dat Taste wordt veroordeeld een bedrag van € 8.901 aan [appellant] terug te betalen, te vermeerderen met rente en kosten. Zij legt aan haar vordering de ontbinding van de overeenkomst voor 180 dozen bestelde en betaalde, maar niet geleverde Takis (90 keer Zombie en 90 keer Dragon) ten grondslag.
4.2.
De kantonrechter heeft aangenomen dat - zoals Taste had gesteld - [appellant] haar bestelling heeft gewijzigd in Takis Blue Heat, geoordeeld dat daarom geen grond voor ontbinding bestaat en de vordering van [appellant] afgewezen. De bedoeling van het hoger beroep van [appellant] is dat haar vordering alsnog wordt toegewezen.
4.3.
Het hof zal beslissen dat de vordering van [appellant] toewijsbaar is en licht dat hierna toe.

5.De toelichting op de beslissing van het hof

De bevoegdheid van de Nederlandse rechter en het toepasselijke recht
5.1.
Door de woonplaats van [appellant] in Duitsland heeft de zaak een internationaal karakter. Op grond van de in dit geval toepasselijke Verordening Brussel I-bis [1] komt de Nederlandse rechter in deze zaak rechtsmacht toe: Taste heeft haar statutaire zetel en daarmee haar woonplaats in Nederland (artikel 4 lid 1, gelezen in samenhang met artikel 63 lid 1 onder a Verordening Brussel I-bis).
5.2.
De vraag welk recht op een zaak met internationale aspecten van toepassing is, is niet van processuele openbare orde en is in deze zaak niet door de grieven (klachten) tegen het vonnis ontsloten. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de zaak moet worden beoordeeld met toepassing van de bepalingen uit het Weens Koopverdrag [2] . Ook het hof gaat daar vanuit.
De reikwijdte van het hoger beroep
5.3.
In de dagvaarding in hoger beroep heeft [appellant] het verloop van de transactie met Taste geschetst, aan de hand van een door [appellant] overgelegde uitdraai van de volledige WhatsApp-correspondentie tussen partijen en de drie door Taste aan [appellant] gemailde pro forma facturen. Uit de daaruit blijkende feitelijke gang van zaken volgt volgens [appellant] dat de kantonrechter ten onrechte heeft aangenomen dat zij haar bestelling (zoals deze luidde na de wijziging op 19 oktober 2023) opnieuw heeft gewijzigd, namelijk in Takis Blue Heat. De bestelling zoals bevestigd in de laatste pro forma factuur van Taste betrof drie pallets Zombie en één pallet Dragon, aldus Taste, en een deel daarvan is – ook na sommatie – niet geleverd, aldus Taste. Zij meent op grond daarvan de overeenkomst met Taste (in zoverre) terecht te hebben ontbonden en nog recht te hebben op terugbetaling van € 8.901.
5.4.
Taste wordt niet gevolgd in haar standpunt dat [appellant] met haar dagvaarding in hoger beroep niet duidelijk heeft gemaakt tegen welk onderdeel van het vonnis de grieven zijn gericht. Uit wat [appellant] heeft aangevoerd begrijpt het hof dat zij in hoger beroep een herbeoordeling van de zaak in volle omvang wenst.
De bestelling van [appellant]
5.5.
Het geschil draait om de vraag wat [appellant] bij Taste heeft besteld en of zij het bestelde geleverd heeft gekregen. Taste heeft niet gemotiveerd betwist dat, na een aantal wijzigingen, de bestelling van [appellant] op 19 oktober 2023 drie pallets Zombie en één pallet Dragon betrof, zoals vermeld in de op die dag aan [appellant] gemailde pro forma factuur, zodat dat vast staat.
5.6.
Taste stelt echter dat daarna een gedeelte van deze bestelling in overleg met en na akkoord van [appellant] opnieuw is gewijzigd, in Blue Heat. Taste beroept zich op de rechtsgevolgen van deze stelling. Het betreft daarmee een bevrijdend verweer. Taste wil immers de voordelige juridische gevolgen ontlenen aan artikel 29 Weens Koopverdrag. Daarom rusten de stelplicht en, door de gemotiveerde betwisting van [appellant] , de bewijslast van deze stelling op Taste.
5.7.
Taste heeft ter staving van haar verweer slechts aangevoerd dat zij steeds heeft proberen mee te bewegen met de wijzigingen in de bestelling door [appellant] en dat onjuist is dat [appellant] alleen voorwaardelijk akkoord ging met de levering van Blue Heat als de prijs daarvan aanzienlijk zou worden verlaagd, zoals [appellant] heeft betoogd. Desgevraagd heeft Taste tijdens de mondelinge behandeling verklaard dat de gedeeltelijke wijziging van de bestelling door [appellant] begin november 2023 telefonisch is geschied. Geconfronteerd met de ontkenning daarvan door [appellant] en gevraagd naar bewijs van dat telefoontje heeft Taste verklaard daar geen bewijs van te hebben. Tijdens de mondelinge behandeling is verder besproken dat zich bij de stukken geen pro forma factuur bevindt waarin de gestelde wijziging in Blue Heat staat vermeld (in tegenstelling tot eerdere, wel vaststaande, wijzigingen die wel steeds in een gewijzigde pro forma factuur zijn verwerkt). Ook is toen besproken dat in de WhatsApp-conversatie na de beweerde telefonische wijziging van de bestelling in een deel Blue Heat alleen over Zombie en Dragon [3] wordt gesproken, tot het moment dat [appellant] de feitelijke levering van Blue Heat aan Taste meldt. Een plausibele verklaring van Taste hiervoor is uitgebleven. Er is wel nog een beroep gedaan op de coulance die Taste steeds jegens de wispelturige [appellant] heeft betracht, maar dat biedt geen steun voor de juistheid van de stelling dat [appellant] akkoord is gegaan met levering van Blue Heat. Voor de mededeling van [appellant] op 22 november 2023 in de WhatsApp-conversatie dat zij ‘teveel’ Blue Heat had, heeft [appellant] tijdens de mondelinge behandeling de verklaring gegeven dat zij van een andere leverancier Blue Heat had gekocht. Het hof ziet ook in die mededeling daarom geen steun voor de stelling van Taste.
5.8.
Gelet op dit alles kan de, door [appellant] gemotiveerd betwiste, stelling van Taste dat [appellant] haar bestelling heeft gewijzigd in Blue Heat niet als (al dan niet voorshands) vaststaand worden aangenomen en rust op Taste de plicht die te bewijzen. Taste heeft aangeboden bewijs te leveren van al haar stellingen door alle middelen rechtens, waaronder de inbreng van deskundigen en/of getuigenverklaringen. Het hof passeert dit bewijsaanbod, op grond van het volgende.
5.9.
Op de wijze van procederen ten overstaan va de Nederlandse rechter is het Nederlands recht van toepassing (artikel 10:3 BW). Op grond van vaste rechtspraak van de Hoge Raad is uitgangspunt dat, ingevolge het bepaalde in artikel 166 lid 1 in verbinding met artikel 353 lid 1 Rv, een partij in hoger beroep tot getuigenbewijs moet worden toegelaten indien zij voldoende specifiek bewijs aanbiedt van feiten die tot beslissing van de zaak kunnen leiden. Het antwoord op de vraag of een bewijsaanbod voldoende specifiek is, hangt af van de omstandigheden van het geval, waarbij de rechter, mede in verband met de eisen van een goede procesorde, zal moeten letten op de wijze waarop het processuele debat zich heeft ontwikkeld en het stadium waarin de procedure verkeert. In hoger beroep zal van een partij die bewijs door getuigen aanbiedt, in beginsel mogen worden verwacht dat zij voldoende concreet aangeeft op welke van haar stellingen dit bewijsaanbod betrekking heeft en, voor zover mogelijk, wie daarover een verklaring zouden kunnen afleggen. [4]
5.10.
Het getuigenbewijsaanbod van Taste geldt als onvoldoende concreet en specifiek. Zij heeft niet verduidelijkt welke stelling zij wenst te bewijzen noch welke getuige(n) zij wenst te horen. Het gevoerde partijdebat maakt dit ook niet voldoende duidelijk. Voor het ambtshalve gelasten van een getuigenverhoor ziet het hof geen aanleiding. Aan deskundige voorlichting heeft het hof in deze zaak ook geen behoefte.
Gedeeltelijke ontbinding overeenkomst en terugbetalingsverplichting
5.11.
Nu niet is komen vast te staan dat [appellant] haar bestelling heeft gewijzigd, was Taste gehouden aan [appellant] drie pallets Zombie en één pallet Dragon te leveren. Voor zover in deze procedure nog relevant heeft Taste daaraan niet voldaan, waar zij Blue Heat leverde in plaats van de twee bestelde andere smaken Takis. Dat levert een gedeeltelijke, wezenlijke tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst op. [appellant] heeft Taste daarvan op de hoogte gesteld en haar in de gelegenheid gesteld deze tekortkoming te verhelpen door alsnog het bestelde te leveren, maar daaraan heeft Taste niet voldaan. [appellant] was daarom bevoegd de overeenkomst gedeeltelijk te ontbinden en gedeeltelijke terugbetaling te vorderen. Voor twee keer 90 dozen van de bestelde smaken Takis moet Taste de koopprijs van in totaal € 8.901 nog aan [appellant] terugbetalen. Op grond van artikel 84 Weens Koopverdrag is de verkoper gehouden om hierover tevens rente te betalen vanaf het tijdstip waarop de prijs werd betaald. Dat betekent dat de vanaf 22 mei 2024 (de datum van ontbinding) gevorderde rente toewijsbaar is. Voor wat betreft de rentevoet wordt aangesloten bij de wettelijke rente op grond van artikel 6:119 BW. Het hof is namelijk van oordeel dat voor de bepaling van de hoogte van de rente de rentevoet van de plaats van de verkoper moet worden gehanteerd. Voor aanknoping bij de wettelijke handelsrente van artikel 6:119a BW is bij deze ongedaanmakingsverbintenis geen plaats.
5.12.
Wat Taste in dit hoger beroep of in de procedure bij de kantonrechter verder nog heeft aangevoerd, leidt niet tot een andere uitkomst. Wat tijdens de mondelinge behandeling door het hof ambtshalve nog ter sprake is gebracht laat het hof buiten beschouwing, gelet op de grenzen van de rechtsstrijd die partijen hebben getrokken. Voor zover Taste de bedoeling mocht hebben gehad een beroep te doen op (enkele van) die argumenten, moet het hof daar gelet op de twee-conclusie-regel aan voorbijgaan. Nadat de in art. 347 lid 1 Rv genoemde conclusies zijn genomen, is de mogelijkheid om verweren aan te voeren die niet in het verlengde liggen van de door partijen omlijnde rechtsstrijd in appel (en daar gaat het hierom) beperkt tot bepaalde uitzonderingen, die hier niet aan de orde zijn. Tot bedoelde uitzonderingen behoort het geval dat de wederpartij ondubbelzinnig erin heeft toegestemd dat het nieuwe verweer alsnog in de rechtsstrijd wordt betrokken. [appellant] heeft er niet ondubbelzinnig mee ingestemd die argumenten bij de rechtsstrijd te betrekken. [5] De omstandigheid dat [appellant] op de mondelinge behandeling op deze, door het hof ter sprake gebrachte, argumenten heeft gereageerd is in dit geval onvoldoende om van een ondubbelzinnige instemming uit te gaan. Ook het tijdens de mondelinge behandeling voor het eerst door Taste gedane beroep op de schadebeperkingsplicht van [appellant] , in relatie tot de beperkte houdbaarheidsdatum van de Takis Blue Heat, laat het hof wegens strijd met de twee- conclusie-regel buiten beschouwing.
De conclusie
5.13.
Het hoger beroep slaagt. Omdat Taste in het ongelijk zal worden gesteld, zal het hof haar tot betaling van de proceskosten zowel in hoger beroep als bij de kantonrechter veroordelen.
5.14.
De veroordelingen in deze uitspraak kunnen ook ten uitvoer worden gelegd als een van partijen de beslissing van het hof voorlegt aan de Hoge Raad (uitvoerbaarheid bij voorraad).

6.De beslissing

Het hof:
6.1.
vernietigt het vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Utrecht van 27 november 2024 en beslist opnieuw, als volgt;
6.2.
veroordeelt Taste tot terugbetaling aan [appellant] van een bedrag van € 8.901, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 mei 2024 tot aan de dag van terugbetaling;
6.3.
veroordeelt Taste tot betaling van de volgende proceskosten van [appellant] tot aan de uitspraak van de kantonrechter:
€ 248 aan griffierecht
€ 115,22 aan kosten voor het betekenen (bekendmaken) van de dagvaarding aan Taste
€ 678 aan salaris van de gemachtigde van [appellant] (2 procespunten x het toepasselijke tarief van € 339)
en tot betaling van de volgende proceskosten van [appellant] in hoger beroep:
€ 362 aan griffierecht
€ 144,47 aan kosten voor het betekenen (bekendmaken) van de dagvaarding aan Taste
€ 1.716 aan salaris van de advocaat van [appellant] (2 procespunten x het toepasselijke tarief I)
6.4.
verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
6.5.
wijst af wat verder is gevorderd.
Dit arrest is gewezen door mrs. L. Janse, C.M.E. Lagarde en C. Bakker, en is door de rolraadsheer in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 7 oktober 2025.

Voetnoten

1.De Verordening (EU) nr. 1215/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2012 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (herschikking), PbEU 2012, L 351/1 (Verordening Brussel I-bis).
2.Verdrag der Verenigde Naties inzake internationale koopovereenkomsten betreffende roerende zaken van 11 april 1980, Trb. 1986, 61.
3.In het proces-verbaal van de mondelinge behandeling staat op bladzijde 7, 7e alinea, 3e regel abusievelijk ‘Blue Heat’ waar ‘Dragon’ had moeten staan.
4.HR 9 juli 2004, ECLI:NL:HR:2004:AO7817, herhaald in onder meer HR 31 oktober 2014, ECLI:NL:HR:2014:3075.
5.HR 22 december 2017, ECLI:NL:HR:2017:3238 en HR 6 juli 2018, ECLI:NL:HR:2018:1097.