Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- het beroepschrift, tevens houdende een vermeerdering verzoek en een incidenteel verzoek, met bijlagen, ontvangen op 3 maart 2025;
- het verweerschrift tegen het incidenteel verzoek van de man, met bijlagen;
- het verweerschrift in de hoofdzaak, met bijlagen;
- journaalberichten namens de vrouw van 22 april 2025, 28 april 2025 en 29 april 2025, allemaal met één of meer bijlagen;
- een journaalbericht namens de man van 1 mei 2025 met bijlagen en
- een journaalbericht namens de man van 8 augustus 2025 met bijlagen.
- de man met zijn advocaat,
- namens de vrouw haar advocaat.
3.De feiten
- [minderjarige1] , geboren [in] 2016;
- [minderjarige2] , geboren [in] 2019.
4.De omvang van het geschil in hoger beroep
alvorens verder te beslissen de vrouw op grond van artikel 194 Rv, dan wel op grond van artikel 196 Rv te veroordelen aan de man een afschrift te verstrekken van al haar loonstroken over 2022, 2023, 2024 en 2025, haar jaaropgaves 2022, 2023 en 2024, haar aangifte- en aanslag inkomstenbelasting 2022, 2023 en voor zover beschikbaar 2024, door deze te overleggen in de onderhavige procedure, op straffe van een dwangsom van € 500,- per dag of dagdeel dat zij dit verzuimt;
(vervolgens) primair aan de hand van de door de vrouw verstrekte gegevens de beschikking van 12 maart 2024 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden te wijzigen wat de hoogte van de door de vrouw te betalen kinderalimentatie betreft en opnieuw rechtdoende met ingang van 1 januari 2023, 1 januari 2024 en 1 januari 2025 (of zoveel eerder indien blijkt dat de vrouw haar inkomen reeds eerder gewijzigd is) de kinderalimentatie vast te stellen op een door uw gerechtshof in goede justitie te bepalen bedrag;
subsidiair, indien de vrouw verzuimt om de verzochte inkomensgegevens te overleggen in de procedure, te bepalen dat de vrouw met ingang van 1 januari 2023 met € 125,- per kind per maand dient bij te dragen in de kosten van de [minderjarige1] en [minderjarige2] , met ingang van 1 januari 2024 met € 133,- per kind per maand en met ingang van 1 januari 2025 met € 143,- per kind per maand per maand én;
voor recht te verklaren dat het bruto jaarinkomen van de vrouw in 2022 € 65.536,- bedroeg;
de vrouw te veroordelen in de kosten van beide instanties.”
5.De motivering van de beslissing
Het hof overweegt als volgt. De man heeft een geluidsopname overgelegd van een telefoongesprek dat hij heeft gevoerd met een medewerker van de belastingtelefoon. De man heeft in dat gesprek, met gebruikmaking van persoonsgegevens van de vrouw, zonder dat de vrouw daarvoor toestemming heeft gegeven en zonder dat zij daarvan op de hoogte was, informatie verkregen over haar inkomen. Het hof vindt deze handelwijze van de man laakbaar maar laat het bij deze opmerking.De vrouw heeft haar jaaropgave 2022 overgelegd waaruit een belastbaar inkomen volgt van € 44.548,- in dat jaar. Gesteld tegenover die jaaropgave 2022 ziet het hof geen aanleiding om uit te gaan van de inkomensgegevens zoals die (zouden) blijken uit de door de man overgelegde geluidsopname. Het gaat daarin immers om gegevens die alleen worden genoemd in een telefoongesprek. Ze zijn niet op schrift gesteld en het hof treft ook geen bevestiging (vanuit de Belastingdienst), zodat de juistheid niet kan worden geverifieerd.”
- € 541,- per kind per maand in 2023;
- € 574,- per kind per maand in 2024;
- € 611,- per kind per maand in 2025.
- € 23.333,- in 2023;
- € 25.024,- in 2024.
- in 2023 een NBI van € 1.479,- en een draagkracht van € 50,- per maand;
- in 2024 een NBI van € 1.593,- en een draagkracht van € 50,- per maand; en
- in 2025 een NBI van € 1.594,- en een draagkracht van € 50,- per maand.
- € 691,- per kind per maand in 2024; en
- € 736,- per kind per maand in 2025.
- € 135,- per kind per maand met ingang van 1 januari 2023;
- € 144,- per kind per maand met ingang van 1 januari 2024;
- € 153,- per kind per maand met ingang van 1 januari 2025.
- € 110,- per kind per maand met ingang van 1 januari 2023;
- € 119,- per kind per maand met ingang van 1 januari 2024;
- € 128,- per kind per maand met ingang van 1 januari 2025.
6.De slotsom
7.Aanhechten draagkrachtberekeningen
8.De beslissing
- € 110,- per kind per maand met ingang van 1 januari 2023;
- € 119,- per kind per maand met ingang van 1 januari 2024;
- € 128,- per kind per maand met ingang van 1 januari 2025.