Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- het beroepschrift met producties, ingekomen op 22 mei 2025;
- het verweerschrift met producties;
- een journaalbericht namens de man van 2 september 2025 met producties;
- een journaalbericht namens de man van 5 september 2025 met producties.
- de man, bijgestaan door zijn advocaat en een tolk;
- de vrouw, bijgestaan door haar advocaat.
3.De feiten
- [jongmeerderjarige] , geboren [in] 2006,
- [minderjarige1] , geboren [in] 2008 en
- [minderjarige2] , geboren [in] 2014.
4.De omvang van het geschil
- onder 4.3 bepaald dat vanaf de datum van de beschikking de vrouw een kinderalimentatie aan [jongmeerderjarige] moet betalen van € 309 per maand en de man een kinderalimentatie van € 66 per kind per maand aan de vrouw voor [minderjarige1] en [minderjarige2] ;
- onder 4.4 de man veroordeeld om aan de vrouw een bedrag van € 12.448,45 te betalen uit hoofde van vereffening van het verworven vermogen;
- de man veroordeeld om aan de vrouw een bedrag van € 12,26 te betalen uit hoofde van verdeling van de mede-eigendommen van partijen als genoemd onder 3.37.