ECLI:NL:GHARL:2025:851

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
18 februari 2025
Publicatiedatum
18 februari 2025
Zaaknummer
200.333.165/01
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schadestaat bij aansprakelijkheid van bouwbegeleider; gevalsvergelijking; beoordeling van deskundigenbericht in het licht van die vergelijking

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 18 februari 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep over een geschil tussen Multi Fun Bussloo B.V. en Bouwgoed c.s. Multi Fun, als rechtsopvolgster van Pitch en Putt, had hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank Overijssel, waarin Bouwgoed c.s. waren veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding aan Pitch en Putt. De zaak betreft een schadestaatprocedure waarin de schade die Multi Fun heeft geleden door gebrekkige bouwbegeleiding door Bouwgoed c.s. moet worden begroot.

De rechtbank had eerder geoordeeld dat Bouwgoed c.s. aansprakelijk waren voor de schade die Pitch en Putt had geleden door gebreken in de lasergameruimte die zij hadden laten bouwen. Multi Fun vorderde in de schadestaatprocedure een schadevergoeding van meer dan een miljoen euro, maar de rechtbank kende slechts een bedrag van € 47.257,24 toe. Multi Fun en Bouwgoed c.s. gingen beide in hoger beroep, waarbij Multi Fun de afgewezen vorderingen alsnog toegewezen wilde zien en Bouwgoed c.s. de veroordeling wilde vernietigen.

Het hof heeft de bezwaren van beide partijen thematisch behandeld en geconcludeerd dat de rechtbank op goede gronden had geoordeeld. Het hof heeft de schade die Multi Fun heeft geleden door omzetderving en herstelkosten beoordeeld, maar kwam tot de conclusie dat niet alle gevorderde schadeposten konden worden toegewezen. Uiteindelijk heeft het hof een bedrag van € 16.008 toegewezen aan Multi Fun, terwijl het vonnis van de rechtbank voor het overige werd bekrachtigd. Tevens werd Pitch en Putt veroordeeld tot terugbetaling van hetgeen zij te veel had ontvangen van Bouwgoed c.s. De proceskosten werden voor rekening van Multi Fun gesteld, omdat zij in het principaal hoger beroep in het ongelijk werd gesteld.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Leeuwarden, afdeling civiel
zaaknummer gerechtshof 200.333.165/01
zaaknummer rechtbank Overijssel 284322
arrest van 18 februari 2025
in de zaak van

1.Multi Fun Bussloo B.V.als rechtsopvolgster van v.o.f. PP Golf Bussloo

(hierna: Multi Fun),
die is gevestigd in Wilp,
die hoger beroep heeft ingesteld,
2. de vennootschap onder firma PP Golf Busslooh.o.d.n. Pitch en Putt Bussloo
(hierna Pitch en Putt)
die bij de rechtbank optrad als eiseres,
hierna samen:
Multi Fun c.s.,
advocaat: mr. J. de Wrede in Amersfoort,
tegen

1.de vennootschap onder firma Bouwgoed,

die is gevestigd in Lettele,
2. [geïntimeerde2] ,vennoot van Bouwgoed,
die woont in [woonplaats1] ,
3. [geïntimeerde3] ,vennoot van Bouwgoed,
die woont in [woonplaats1] ,
die ook hoger beroep hebben ingesteld,
en die bij de rechtbank optraden als gedaagden,
hierna samen:
Bouwgoed c.s.,
advocaat: mr. A.C. Winter in Groningen.

1.Het verloop van de procedure in hoger beroep

1.1
Naar aanleiding van het arrest van 23 april 2024 heeft op 9 januari 2025 een mondelinge behandeling bij het hof plaatsgevonden. Daarvan is een verslag gemaakt dat aan het dossier is toegevoegd (het proces-verbaal). Bij deze gelegenheid heeft Multi Fun haar eis verbeterd. Hierna hebben partijen het hof gevraagd opnieuw arrest te wijzen.

2.De kern van de zaak

2.1
De rechtbank heeft Bouwgoed c.s. veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding aan Multi Fun. In deze procedure (een zogenaamde schadestaat) moet die schade worden begroot. Dat geschil heeft de volgende feitelijke achtergrond.
2.2
Multi Fun exploiteert een Pitch-en-Puttbaan die is uitgebreid met een ondergrondse lasergameruimte. In 2017 heeft haar rechtsvoorgangster, Pitch en Putt, aan Bouwgoed c.s. de opdracht gegeven de bouw daarvan te begeleiden. De bouwwerkzaamheden zijn uitgevoerd door een Pools aannemersbedrijf waarmee Pitch en Putt rechtstreeks een overeenkomst is aangegaan.
2.3
De lasergameruimte is begin oktober 2017 in gebruik genomen, maar nog dezelfde maand op last van de gemeente gesloten. Na een hercontrole op 9 november 2018 kon de lasergameruimte weer worden gebruikt.
2.4
Pitch en Putt heeft bij de rechtbank een schadevergoeding van Bouwgoed c.s. gevorderd omdat Bouwgoed c.s. de verplichtingen uit de overeenkomst niet zouden zijn nagekomen. Op 27 november 2019 heeft de rechtbank in de bodemprocedure geoordeeld dat Bouwgoed c.s. aansprakelijk zijn voor de door Pitch en Putt geleden schade. In het eindvonnis van 17 november 2021 zijn partijen voor de beoordeling van een aantal schadeposten verwezen naar een afzonderlijke schadestaatprocedure. Tegen die vonnissen is geen hoger beroep ingesteld.
2.5
In deze schadestaatprocedure heeft Pitch en Putt gevorderd dat Bouwgoed c.s. worden veroordeeld tot betaling van € 1.009.573 incl. btw, met bijkomende veroordelingen. In het bestreden vonnis van 21 juni 2023 heeft de rechtbank Bouwgoed c.s. veroordeeld tot betaling aan Pitch en Putt van € 47.257,24 inclusief btw, en tot betaling van de beslagkosten van € 1.859. Voor het overige is de vordering afgewezen. De rechtbank heeft bepaald dat partijen de eigen kosten dragen. Bouwgoed c.s. hebben aan de veroordeling voldaan.
2.6
De bedoeling van het hoger beroep van de rechtsopvolgster van Pitch en Putt, Multi Fun, is dat de afgewezen vorderingen alsnog geheel worden toegewezen. In het ook door Bouwgoed c.s. ingestelde hoger beroep komen die partijen juist op tegen de veroordeling die wel is uitgesproken. Zij vorderen vernietiging van het bestreden vonnis. Dit, zo begrijpt het hof, onder integrale afwijzing van de vorderingen. Ook wordt veroordeling tot terugbetaling door Pitch en Putt of Multi Fun gevorderd van wat op grond van het bestreden vonnis aan die partij is betaald.

3.Het oordeel van het hof

Inleiding
3.1
Het hof zal oordelen dat slechts een lager bedrag kan worden toegewezen dan de rechtbank heeft gedaan. Dat wordt hierna uitgelegd. De bezwaren (grieven) van beide partijen zullen daarbij thematisch worden behandeld. Daarbij wijst het hof erop dat – anders dan bij de rechtbank - in hoger beroep geen videobestanden zijn overgelegd.
Omzetderving: permanente schade door lekkage (grief 2 Multi Fun)
3.2
Multi Fun heeft aangevoerd dat het door de lekkageproblematiek niet mogelijk is om zonder reservering gasten te ontvangen en/of de of de lasergameruimte spontaan te laten zien aan potentiële last-minute-gasten, waardoor zij jaarlijks omzet misloopt. Zij heeft deze schade tot medio februari 2020 in de hoofdzaak begroot op € 50.000. In de schadestaatprocedure komt haar berekening uit op € 102.600, uitgaande van een omzetderving van (13.600 + € 5000) € 18.600 per jaar gedurende 51/2 jaar.
3.3
Het hof volgt Multi Fun hierin niet. In de bodemprocedure heeft de rechtbank overwogen dat op basis van het rapport van de door haar benoemde deskundige voldoende is komen vast te staan dat de lasergameruimte gebrekkig is, dat Pitch en Putt daardoor omzetschade heeft geleden en dat Bouwgoed c.s. hiervoor aansprakelijk zijn. Bij de vaststelling van de schade moet rekening worden gehouden met het verweer van Bouwgoed c.s. tegen de stelling van Multi Fun dat de lasergameruimte vrijwel de hele winter onder water staat en dat het schadebedrag enkel en alleen ziet op groepen die zonder reservering komen lasergamen. In de schadestaatprocedure heeft de rechtbank dit onderdeel van de schadevordering alsnog afgewezen, omdat uit niets blijkt dat Pitch en Putt door voortdurende lekkages geen rondleiding aan groepen kon geven, waardoor zij jaarlijks vier tot vijf groepen van gemiddeld 50 personen en tien kinderfeestjes van gemiddeld 8 kinderen is misgelopen. Hetzelfde geldt voor de door Multi Fun gestelde schade doordat 25 groepen van gemiddeld 10 personen niet spontaan hebben kunnen lasergamen.
3.4
Multi Fun beroept zich op het gemiddelde aantal regendagen per jaar dat het probleem zou spelen. Het is naar haar zeggen niet te doen om van alle telefonische last- minute-aanvragen administratie bij te houden. Bouwgoed c.s. hebben hier echter tegenin gebracht dat Multi Fun met de verwijzing naar het deskundigenrapport niet heeft onderbouwd dat continue vochtproblemen bestaan, laat staan dat die ertoe leiden dat 131 dagen per jaar sprake is van lekkage die aan het gebruik van de lasergameruimte in de weg staat.
3.5
Het hof volgt Bouwgoed c.s. in dat verweer: de rechtbank heeft dit onderdeel van de vordering op goede gronden afgewezen, en in hoger beroep is niet alsnog de onderbouwing gegeven die eerder ontbrak.
Omzetderving: kosten van sluiting van de lasergameruimte (grieven 3 en 4 Multi Fun; grief 2 Bouwgoed c.s.)
3.6
De verwachting van Pitch en Putt in de hoofdprocedure was een omzetderving van € 60.000 exclusief btw door de sluiting van de lasergameruimte in verband met het definitief herstel van de lekkage-, vocht- en isolatieproblemen. Die schatting is gebaseerd op de full time inzet van twee werklieden gedurende twaalf weken. Deze periode ziet niet alleen op de herstelwerkzaamheden, maar ook op het verwijderen, herplaatsen en afwerken van de zeecontainers, inclusief (de)montage van de inventaris. Onbestreden is door de rechtbank in de hoofdzaak overwogen dat daarbij door verdubbeling van de inzet van personeel een sluitingsperiode van maximaal zes weken als uitgangspunt moet worden genomen [1] .
3.7
De zes weken die de rechtbank in de hoofdprocedure heeft genoemd, zijn in de ogen van Multi Fun slechts een vertrekpunt; in de schadestaat zou het hof er niet aan zijn gebonden. Het hof passeert dit verweer, juist omdat het bij de berekening van de schade wel aan dit vertrekpunt is gebonden (het is een bindende eindbeslissing).
3.8
Omdat Pitch en Putt geen definitieve cijfers over 2021 en 2022 had aangeleverd en geen rekening heeft gehouden met te besparen kosten, heeft de rechtbank de schade (omzetverlies) op basis van de jaarrekening 2019 geschat op € 1.038,19 per week. Dat is € 6.229,15 in totaal. Beide partijen komen hiertegen op.
3.9
Multi Fun heeft geklaagd over een in de bodemprocedure begane misslag. Die klacht stuit eveneens af op het gezag van gewijsde van de uitspraken in die procedure. En net zomin als de rechtbank, kan het hof uitgaan van omzetcijfers over 2021 en 2022. In hoger beroep ontbreken nog steeds betrouwbare cijfers over die jaren waarop een schatting zou kunnen worden gebaseerd, en de aan de lasergames toe te schrijven omzetderving kan ook niet uit de wel beschikbare cijfers over deze periode worden afgeleid. Meer specifiek is in dit verband door Multi Fun onvoldoende onderbouwd dat geen rekening is gehouden met het feit dat een deel van de totale omzet van lasergames in de arrangementen is verwerkt, en dat de omzet met betrekking tot die lasergames vanaf 2017 enorm is gestegen.
3.1
Bouwgoed c.s. verdedigen dat ook het toegewezen schadebedrag moet worden afgewezen. In ieder geval moet de schade niet gelijk worden gesteld aan de gederfde omzet. Het gaat immers slechts om de misgelopen marge. De herstelwerkzaamheden zouden bovendien in een rustige periode kunnen worden uitgevoerd.
3.11
Het hof stelt vast dat voor een volledige afwijzing van deze schade niet de ruimte bestaat, omdat in de bodemprocedure is komen vast te staan dat Pitch en Putt door een gebrekkige lasergameruimte wel omzetschade heeft geleden waarvoor Bouwgoed c.s. aansprakelijk zijn. Met het begrip omzetschade wordt echter niet gedoeld op de gemiste omzet, maar op de winstmarge daarover. Het toegewezen bedrag betreft wel de omzet die volgens de rechtbank is misgelopen. Nu gegevens daarover niet beschikbaar zijn, zal het hof de schade die bestaat uit de misgelopen marge over dat bedrag schatten op € 2.000.
Kosten van herstel
- Inleiding (
grief 5 Multi Fun)
3.12
Pitch en Putt hebben aangevoerd dat de kosten voor het definitieve herstel van de lasergameruimte op basis van het geheel vervangen van de containers € 130.438 inclusief btw bedragen. In de bodemzaak heeft de rechtbank het onbetwiste deel van de schade toegewezen (€ 27.981,25) en voor het overige naar de schadestaat verwezen. In die laatste procedure kwam de rechtbank uit op een totaal van € 47.257,24 inclusief btw aan nader begrote schade. Bij de bespreking van de diverse onderdelen waaruit de aanspraak op herstelkosten van Pitch en Putt bestaat, stelt het hof het volgende voorop.
3.13
Bouwgroep c.s. worden niet verantwoordelijk gehouden voor gebreken aan het ontwerp of voor uitvoeringsfouten. Het door de rechtbank in de bodemzaak gehonoreerde verwijt heeft slechts betrekking op de rol van Bouwgoed c.s. als bouwbegeleiders, en komt erop neer dat zij eerder hadden moeten ingrijpen toen diverse gebreken aan het licht kwamen. De schade die is veroorzaakt doordat zij daarin zijn tekortgeschoten, moet worden bepaald door een vergelijking te maken tussen de werkelijke situatie en de hypothetische situatie waarin van een dergelijke toerekenbare tekortkoming geen sprake zou zijn geweest.
3.14
Bij de begroting van dit deel van de vordering hebben zowel partijen als de rechtbank zich voor het maken van deze vergelijking gebaseerd op het rapport van deskundige [de deskundige] (EMBC), die een viertal oplossingsrichtingen heeft voorgesteld. Multi Fun stelt zich op het standpunt dat deze deskundige heeft aangegeven dat vervanging van de containers nodig is, nu de aantastingen al zo groot zijn dat het de vraag is hoe dit nog in orde te maken valt. Bij handhaving van de containers is volgens haar de levensduur ervan ook beperkt. Bouwgoed c.s. stellen daar tegenover dat de deskundige onder meer een oplossing voor de bestaande gevaarlijke situatie voorstelt die ertoe is beperkt dat de belastingen van de grond op en tegen de constructie wordt verwijderd.
3.15
Het hof stelt vast dat in het deskundigenbericht - naast twee nu niet relevante alternatieven - twee opties worden voorgesteld (1 en 3), die ieder hun eigen voor- en nadelen hebben. De deskundige maakt tussen deze opties geen keuze en spreekt evenmin een voorkeur uit. Ook op andere gronden dringt zich niet een keuze tussen deze twee opties op – ook niet als rekening wordt gehouden met de eisen die in het algemeen aan het bouwwerk gesteld kunnen worden. Multi Fun voert immers zelf aan dat daarbij geen onderscheid kan worden gemaakt tussen een bouwwerk waarvan de containers een levensduur hebben van minimaal 15 jaar (volgens haar: optie 1) en voor een bouwwerk waarvan de containers een levensduur hebben van 50 jaar (volgens haar: optie 3).
3.16
Optie 1 komt erop neer dat de zeecontainers en buitenruimten zonder verplaatsing en zo kaal mogelijk worden gehandhaafd. Het gehele grondpakket op en tegen de containers wordt verwijderd, de grond gaat elders heen. Het dak wordt waterdicht gemaakt met een nieuwe geventileerde en geïsoleerde dakconstructie met afschot. Het alternatief is dat de zeecontainers en buitenruimten worden verplaatst en herplaatst (al dan niet na vervanging) op een geschikte betonfundering (optie 3). In de eerste optie is geen sprake van vervanging van containers en in de derde is dat niet zonder meer het geval.
3.17
Bij de te maken vergelijking gaat Multi Fun uit van de kosten die met optie 3 zijn gemoeid. Bouwgoed c.s. gaan uit van de kosten van optie 1. Het hof zal beide uitgangspunten hierna bespreken.
3.18
Optie 3 leidt tot een deugdelijke gronddragende constructie, een afdoende grondkering en, zo begrijpt het hof, een dak dat geschikt is om het gewicht van een terras te dragen. Ook zou dan sprake zijn van afdoende isolatie en ventilatie. De veronderstelling is daarbij dan echter wel dat deze situatie zou zijn bereikt in het hypothetische geval dat van een tekortkoming geen sprake zou zijn geweest. Op grond van wat Multi Fun ter zitting bij monde van de heer en mevrouw [naam1] heeft gezegd, kan daarvan echter niet worden uitgegaan. Het hof licht dat hierna toe.
3.19
Volgens de door de rechtbank benoemde deskundige had Bouwgoed zich te gedragen als deskundig en vakkundig bouwbegeleider. Zij zou de door de deskundige geconstateerde gebreken aan het ontwerp in dat geval al voorafgaand aan de uitvoering hebben onderkend. Dat is ook voor het hof het uitgangspunt. Als Bouwgoed tijdig had ingegrepen, de gebreken in het ontwerp had onderkend en ervoor had gezorgd dat deze werden ondervangen, dan had de bouw van de lasergameruimte indertijd aanmerkelijk meer gekost dan nu het geval is geweest. Dat geldt ook voor zover Bouwgoed c.s. niet de noodzaak van isolatie en ventilatie hebben onderkend of zelfs hebben geadviseerd daarvan af te zien, zoals Multi Fun beweert. Ter zitting is echter opgemerkt dat de investering van ongeveer 1,2 ton die nu is gedaan, indertijd al ver boven het beschikbare budget uitsteeg, en dat in een ondergrondse ruimte helemaal niet zou zijn geïnvesteerd als de kosten nog verder zouden zijn opgelopen. Bij de gevalsvergelijking kan om die reden optie 3 niet tot uitgangspunt dienen. Daar komt bij dat het voor een zuivere vergelijking noodzakelijk is de toenmalige kosten te begroten van een van aanvang af deugdelijke constructie (met voldoende fundering, ventilatie en isolatie, brandveilig en – als dat vooraf al als voorwaarde bekend is geweest - met een dakconstructie die geschikt is voor het aanleggen van een dakterras). Voor het bepalen van schade die bestaat uit herstelkosten zouden die kosten dan in mindering moeten worden gebracht op de kosten die nu zouden moeten worden gemaakt om tot deze constructie te komen. Een dergelijke vergelijking kan niet worden gemaakt, omdat geen gegevens zijn aangeleverd die enig inzicht geven in de kosten die in 2017 gemoeid zouden zijn geweest met het tot stand brengen van een deugdelijke constructie (lees: uitvoering van optie 3).
3.2
Nu Multi Fun daar een probleem in ziet, voegt het hof hier voor een goed begrip aan toe dat voor de verdere beoordeling niet relevant is dat de rechtbank de gekozen constructie heeft omschreven als ‘low budget’.
3.21
Wat voor optie 3 geldt, geldt in mindere mate ook voor optie 1, omdat in die variant eveneens sprake is van het aanbrengen van isolatie en ventilatie die nu niet aanwezig is. Ook hier mag worden aangenomen dat de kosten bij aanvang hoger zouden hebben gelegen als aan die variant van meet af aan uitvoering was gegeven. Over de meerkosten die in dat geval hadden moeten worden gemaakt, is evenmin iets aangevoerd.
3.22
Gelet op het voorgaande, en omdat wel vast staat dat schade is geleden die moet worden geschat, zal het hof zoveel mogelijk aansluiten bij de invulling die partijen zelf aan dit onderdeel van het debat hebben gegeven. Daarbij zal het hof uitgaan van optie 1, omdat die door de deskundige als mogelijkheid is voorgesteld en omdat het hiervoor genoemde probleem van hogere aanvangskosten bij een deugdelijke constructie minder op de voorgrond treedt dan bij de veel duurdere optie 3. Dat leidt tot de volgende beoordeling.
- Ontwerp en projectbegeleiding (€ 80.000 exclusief btw; grief 5 Multi Fun)
3.23
Met het herstel zijn volgens Multi Fun hoge kosten aan bouwbegeleiding gemoeid. De rechtbank achtte onvoldoende onderbouwd dat intensieve begeleiding nodig zou zijn, maar heeft wel een bedrag van € 2.000 redelijk geacht. Daarbij is aangesloten bij de kosten die Bouwgoed c.s. eerder in rekening hebben gebracht.
3.24
In hoger beroep is de vereiste nadere onderbouwing uitgebleven. Deze beslissing blijft daarom in stand.
- Bouwvakkers/werklui (€ 56.208 exclusief btw;
grief 5 Multi Fun; grief 3 Bouwgoed c.s.)
3.25
Bij de begroting van de kosten van werklieden is de rechtbank uitgegaan van 6 weken x 40 uur x 4 fte x een uurtarief van € 35 (in totaal € 33.600 exclusief btw).
3.26
Een gemotiveerde klacht van Multi Fun hiertegen valt in de memorie van grieven niet te lezen.
3.27
Van de zijde van Bouwgoed c.s. is aangevoerd dat moet worden uitgegaan van optie 1 en de daaraan door deskundige [naam3] Expertises begrote kosten. De kosten van herstel, materiaalkosten en kosten arbeid (uurloon), zijn door deze deskundige geraamd op € 39.500,- exclusief btw, uitgaande van zes weken. Hierop moeten dan nog wel de kosten voor het verwijderen van het terras en verharding en het herstel van waterpompen in mindering worden gebracht.
3.28
Het hof gaat hieraan voorbij. De rechtbank is gelet op de overwegingen in de vonnissen in de hoofdzaak en de benodigde hersteltijd van zes weken met een verdubbeling van de inzet tot vier personen, uitgaan van 6 weken x 40 uur x 4 fte x uurtarief € 35. Die inschatting is realistisch, en het uurtarief is door Bouwgoed c.s. in hoger beroep niet bestreden. Dat leidt tot de door de rechtbank toegewezen kostenpost van € 33.600 exclusief btw.
- Laswerk (€ 3.750 exclusief btw;
grief 4 van Bouwgoed c.s.)
3.29
De rechtbank heeft aannemelijk geacht dat opnieuw laswerk noodzakelijk zal zijn. De kosten heeft zij begroot op € 3.750.
3.3
Omdat de containers bij optie 1 niet hoeven te worden verplaatst, zal het volgens Bouwgoed c.s. niet noodzakelijk zijn opnieuw laswerk uit te voeren. Het hof volgt hen in die redenering. Dat betekent dat deze schadepost geheel moet worden afgewezen.
- Kosten van 15 (tweedehands) zeecontainers inclusief levering en bridgefittingen (€ 53.500 exclusief btw;
grief 5 Multi Fun, grief 5 Bouwgoed c.s.)
3.31
Multi Fun heeft toegelicht dat twee extra containers de uit zandsteen opgetrokken doolhofelementen van de lasergameruimte moeten worden vervangen en dat deze optie goedkoper is dan het opnieuw opbouwen van de doolhoven uit zandsteenblokken. De rechtbank heeft € 7.000 toegewezen (kosten aanschaf en transport van deze containers) en € 200 voor de benodigde bridgefittingen.
3.32
Een gemotiveerde klacht van Multi Fun hiertegen valt in de memorie van grieven niet te lezen. Volgens Bouwgoed c.s. komt deze post helemaal niet voor toewijzing in aanmerking, omdat de doolhoven volgens de deskundige gehandhaafd kunnen blijven (optie 1).
3.33
Het hof volgt Bouwgoed c.s. in deze redenering. Daarop strandt dit deel van de vordering.
- Materiaalkosten (containers uitgezonderd; € 53.528)
3.34
De rechtbank heeft de vordering voor materiaalkosten uitgelegd als (grotendeels) kosten voor de bouw van doolhoven. Omdat die niet opnieuw worden gebouwd, is deze schadepost afgewezen.
3.35
Een gemotiveerde klacht van Multi Fun hiertegen valt in de memorie van grieven niet te lezen. Dit oordeel blijft daarom in stand.
- Demontage en afvoer van oude zeecontainers, grondwerkzaamheden, drainage, plaatsing nieuwe of tweedehands zeecontainers (€ 31.700 exclusief btw;
grief 6 van Bouwgoed c.s.)
3.36
Een deel van de gevorderde kosten van herstel is gebaseerd op een offerte van Gebroeders [naam2] . De rechtbank heeft alleen de niet betwiste posten uit die offerte toegewezen (€ 5.931.43 inclusief btw).
3.37
Een gemotiveerde klacht van Multi Fun hiertegen valt in de memorie van grieven niet te lezen. Volgens Bouwgoed c.s. moet dit onderdeel van de vordering geheel stranden omdat demontage van de containers niet hoeft plaats te vinden en de kosten voor het afgraven van zand al in de offerte van [naam3] zijn opgenomen. Die offerte heeft geleid tot het in de hoofdzaak al toegewezen (en betaalde) deel van de vordering.
3.38
Het hof volgt Bouwgoed c.s. in deze redenering. Daarop strandt dit deel van de vordering.
- Installatiewerkzaamheden elektra (€ 29.675 exclusief btw
; grief 7 van Bouwgoed c.s.)
3.39
Voor de kosten van elektra heeft Multi Fun verwezen naar een offerte van Van Niel Installatietechniek. Ook hier is alleen het erkende deel toegewezen (€ 1.526,94).
3.4
Voor dit deel van de schadevordering ontbreekt volgens Bouwgoed c.s. eveneens een deugdelijke onderbouwing, omdat noch uit het deskundigenbericht noch anderszins zou blijken van de noodzaak om elektra te vervangen. Dat is echter niet juist: de deskundige heeft geconcludeerd dat de uitvoering van het elektrotechnisch ontwerp onvoldoende deskundig is verricht, en dat kennelijk ook geen compleet en deskundig ontwerp van de elektrische installatie is gemaakt.
3.41
Een gemotiveerde klacht van Multi Fun tegen de gedeeltelijke afwijzing van de vordering valt in de memorie van grieven niet te lezen. De beslissing van de rechtbank blijft om die reden in stand.
- Installatiewerkzaamheden brandveiligheid ad € 8.760 exclusief btw
3.42
Voor kosten voor brandveiligheid is een beroep gedaan op een prijsopgave van [naam4] . Deze vordering is afgewezen.
3.43
Een gemotiveerde klacht van Multi Fun hiertegen valt in de memorie van grieven niet te lezen. De beslissing van de rechtbank blijft daarom in stand.
- Afwerking/aankleding (airbrushen wanden; € 15.579 inclusief btw;
grief 8 Bouwgoed c.s.)
3.44
Voor de kosten van het airbrushen van wanden is verwezen naar een offerte van Merlijn Special Painter. Gelet op het verweer dat slechts in een enkele container op één wand een muurschildering aanwezig is, is de toewijzing beperkt gebleven tot € 143,05.
3.45
Volgens Bouwgoed c.s. blijft de muurschildering bestaan, omdat de containers niet worden vervangen.
3.46
Het hof volgt Bouwgoed c.s. in deze redenering. Daarop strandt dit deel van de vordering.
- Kosten eigen personeel in herstelwerkzaamheden (€ 26.475;
grief 5 Multi Fun; grief 9 Bouwgoed c.s.)
3.47
Multi Fun stelt dat door de herstelwerkzaamheden de inventaris van de lasergameruimte moet worden gedemonteerd om later weer te worden gemonteerd. Volgens de rechtbank is voldoende aannemelijk dat in verband met de herstelwerkzaamheden gedeeltelijke (de)montage van de inventaris nodig zal zijn. De schade is schattenderwijs vastgesteld op € 1.800.
3.48
Anders dan Multi Fun suggereert, blijkt uit de spreekaantekeningen (onderdeel 28) ter zitting bij de rechtbank dat is erkend dat de materiaal- en personeelskosten die zijn opgenomen voor de opbouw van de doolhoven achterwege kunnen blijven.
3.49
Bouwgoed c.s. verdedigen dat het niet noodzakelijk is deze kosten te maken (optie 1). De hoogte van de schade wordt door Bouwgoed c.s. ook bestreden.
3.5
Het hof volgt Bouwgoed c.s. in deze redenering. Daarop strandt dit deel van de vordering.
- Eigen uren begeleiding (€ 36.300)
3.51
Multi Fun stelt dat zij 363 uur nodig heeft om de herbouw te begeleiden. Die schadepost is echter afgewezen, omdat niet is aangevoerd dat zij door die begeleiding geen andere werkzaamheden kan verrichten.
3.52
Een gemotiveerde klacht van Multi Fun hiertegen valt in de memorie van grieven niet te lezen. De bestreden beslissing blijft daarom in stand.
- Leges omgevingsvergunning (€ 8.820;
grief 5 Multi Fun)
3.53
De kosten die zijn verbonden aan het verkrijgen van een nieuwe omgevingsvergunning voor de herstel- en renovatiewerkzaamheden zijn niet als schade toegewezen vanwege de betwisting van Bouwgoed c.s. dat voor renovatie een omgevingsvergunning nodig is en het uitblijven van een reactie van Pitch en Putt.
3.54
Anders dan Multi Fun aanvoert, is het geen feit van algemene bekendheid dat een nieuwe vergunning moet worden aangevraagd wanneer de lasergameruimte opnieuw gerealiseerd moet worden. De deskundige heeft bij alle door hem gesuggereerde oplossingsrichtingen echter wel opgemerkt dat de opties vergunningplichtig zijn. Omdat beide partijen hun stellingen baseren op de bevindingen van de deskundige, zal deze schadepost daarom alsnog worden toegewezen.
- CAR-verzekering (€ 3.188)
3.55
De vordering tot betaling van een CAR-verzekering is afgewezen.
3.56
Anders dan Multi Fun aanvoert. is het geen feit van algemene bekendheid dat een CAR-verzekering moet worden aangevraagd wanneer de lasergameruimte opnieuw gerealiseerd moet worden. De kosten ervan zijn desalniettemin als redelijk te beschouwen bij de noodzakelijke herstelwerkzaamheden. Dit onderdeel van de vordering zal het hof daarom alsnog toewijzen.
- Stijging bouwkosten (€ 31.681)
3.57
Volgens Multi Fun zijn de bouwkosten inmiddels met 9,5% gestegen. Dit deel van de vordering is bij gebrek aan een afdoende onderbouwing afgewezen.
3.58
Een gemotiveerde klacht van Multi Fun hiertegen valt in de memorie van grieven niet te lezen. De grief faalt.
Doorlopende kosten i.v.m. droogmaken lasergameruimte en investering special effects
3.59
Een gemotiveerde klacht van Multi Fun tegen de afwijzende beslissing van de rechtbank valt in de memorie van grieven evenmin te lezen.
De conclusie
3.6
Het hoger beroep van Multi Fun slaagt niet, dat van Bouwgoed c.s. slaagt grotendeels wel. Toewijsbaar is in totaal € 16.008 (2.000 + 2.000 + 8.820 + 3.188). Omdat Multi Fun in het door haar ingestelde principaal hoger beroep in het ongelijk zal worden gesteld, zal het hof haar tot betaling van de proceskosten in dat onderdeel van de procedure in hoger beroep veroordelen. Onder die kosten vallen ook de nakosten die nodig zijn voor de betekening van de uitspraak en de wettelijke rente daarover. De rente is verschuldigd vanaf veertien dagen na die betekening. In het incidenteel appel zullen de eigen kosten van partijen voor hun rekening blijven, gelet op de wijze waarop zij over en weer in het (on)gelijk zijn gesteld. Het hof ziet geen aanleiding tot een andere kostenverdeling te komen met betrekking tot de procedure bij de rechtbank.
3.61
Pitch en Putt zal worden veroordeeld tot terugbetaling van hetgeen zij op grond van het bestreden vonnis te veel van Bouwgoed c.s. heeft ontvangen.

4.De beslissing

Het hof in het principaal en het incidenteel hoger beroep:
vernietigt het vonnis van de rechtbank in de rechtbank Overijssel, locatie Zwolle van 21 juni 2023 voor zover dat onder 6.1 is gewezen en beslist op dat punt het volgende:
6.1
veroordeelt Bouwgoed c.s. tot betaling van € 16.008 aan Multi Fun;
bekrachtigt het vonnis voor het overige;
veroordeelt Pitch en Putt tot terugbetaling aan Bouwgoed c.s. van alles wat Bouwgoed c.s. op grond van het vonnis van 21 juni 2023 aan Pitch en Putt hebben betaald, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van de betaling door Bouwgoed c.s.;
veroordeelt Multi Fun in het principaal appel tot betaling van de volgende proceskosten van Bouwgoed c.s.:
€ 11.379 aan procedurele kosten
€ 8.714 aan salaris van de advocaat van Bouwgoed c.s. (2 procespunten x appel VIII)
bepaalt dat al deze kosten moeten worden betaald binnen 14 dagen na vandaag. Als niet op tijd wordt betaald, dan worden die kosten verhoogd met de wettelijke rente;
bepaalt dat iedere partij de eigen kosten van het incidenteel appel draagt;
verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af wat verder is gevorderd.
Dit arrest is gewezen door mr. M.W. Zandbergen, M.M.A. Wind en H.M. Fahner, en is door de rolraadsheer in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op
18 februari 2025.

Voetnoten

1.Rechtsoverweging. 2.67 van het vonnis van 17 november 2021.