ECLI:NL:GHARL:2025:866
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Tussenuitspraak
- Rechtspraak.nl
Tussenarrest inzake terugbetaling lening en verrekening juridische werkzaamheden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 18 februari 2025 een tussenarrest gewezen in een hoger beroep over een geldleningsovereenkomst tussen [appellant] en [geïntimeerde]. De lening van € 7.500,-, afgesloten in augustus 2018, was opeisbaar en er ontstond een geschil over de terugbetaling. [geïntimeerde] vorderde betaling van het restant van de lening, inclusief rente en buitengerechtelijke kosten, terwijl [appellant] in reconventie een bedrag vorderde voor juridische werkzaamheden die hij voor [geïntimeerde] had verricht. De kantonrechter had de vorderingen van [geïntimeerde] toegewezen, maar [appellant] ging in hoger beroep. Het hof oordeelde dat de vordering van [geïntimeerde] opeisbaar was en dat [appellant] een bedrag van € 2.500,- mocht verrekenen met zijn openstaande facturen. Het hof verwierp echter de vordering van [appellant] met betrekking tot de Ohra-zaak, omdat er geen bewijs was dat hij hiervoor opdracht had gekregen. De zaak is naar de rol verwezen voor uitlating van [geïntimeerde] over haar voorwaardelijke vordering, die opnieuw aan de orde is gesteld in hoger beroep.