ECLI:NL:GHARN:1998:AA1257
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - meervoudig
- N.E. Haas
- Nijman
- Wolt
- Rechtspraak.nl
Belastingaanslag en bezwaar inzake vennootschapsbelasting van belanghebbende X B.V.
In deze zaak gaat het om een beroep van X B.V. tegen de uitspraak van de inspecteur van de Belastingdienst inzake een aanslag in de vennootschapsbelasting voor het jaar 1989. De aanslag, gedateerd op 31 maart 1995, bedroeg ƒ 925.506, berekend naar een belastbaar bedrag van ƒ 2.608.590. Na bezwaar werd de aanslag door de inspecteur op 15 april 1996 verminderd tot ƒ 628.563. De belanghebbende heeft vervolgens beroep aangetekend bij het Gerechtshof Arnhem, waarbij zij een verdere vermindering van het belastbare bedrag verzocht tot ƒ 643.469 en veroordeling van de inspecteur in de kosten van de procedure.
Tijdens de mondelinge behandeling op 18 juni 1998 zijn de gemachtigde van de belanghebbende en de inspecteur gehoord. De belanghebbende betoogde dat de assurantiereserve, die was gevormd voor risico's die in belangrijke mate verzekerd waren, niet opgeheven diende te worden, terwijl de inspecteur stelde dat de reserve moest worden opgeheven omdat de belanghebbende sinds 31 augustus 1988 geen risico's meer liep die in belangrijke mate verzekerd waren. Het hof heeft de argumenten van beide partijen gewogen en geconcludeerd dat de belanghebbende niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij na 30 augustus 1988 nog bedrijfsschaderisico's heeft gelopen die in belangrijke mate verzekerd waren maar niet door haar verzekerd.
Het hof heeft uiteindelijk geoordeeld dat de aanslag in stand blijft en dat het beroep van de belanghebbende ongegrond is. De proceskostenveroordeling is afgewezen, omdat het hof geen termen aanwezig achtte voor een kostenveroordeling. De uitspraak van de inspecteur is bevestigd.