ECLI:NL:GHARN:2000:AA5915

Gerechtshof Arnhem

Datum uitspraak
17 februari 2000
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
98/01250
Instantie
Gerechtshof Arnhem
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • T.J. Matthijssen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Waardebeschikking onroerende zaak en belastingheffing gemeente Dronten

In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem op 17 februari 2000, stond de waardebeschikking van een onroerende zaak centraal. De belanghebbende, een inwoner van de gemeente Dronten, had bezwaar aangetekend tegen de door de Ambtenaar vastgestelde waarde van zijn woning aan de a-weg 1 te Z. De waarde was vastgesteld op ¦ 261.000,-, terwijl de belanghebbende meende dat de waarde lager moest zijn, gebaseerd op een taxatierapport dat een waarde van ¦ 215.000,- aangaf. De mondelinge behandeling vond plaats op 3 februari 2000, waarbij de belanghebbende en de Ambtenaar aanwezig waren. De Ambtenaar verdedigde zijn standpunt met een taxatierapport, maar de belanghebbende had geen tegenrapport overgelegd.

Het Gerechtshof oordeelde dat de Ambtenaar aannemelijk had gemaakt dat de waarde van de woning op ¦ 215.000,- moest worden vastgesteld. De rechtbank vernietigde de uitspraak van de Ambtenaar en verlaagde de vastgestelde waarde tot ¦ 215.000,-. Tevens werd de Ambtenaar veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van de belanghebbende, die op ¦ 35,- werden vastgesteld. Het Gerechtshof gelastte ook dat het door de belanghebbende gestorte griffierecht van ¦ 80,- door de Ambtenaar moest worden vergoed. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door mr. Matthijssen, lid van de vierde enkelvoudige belastingkamer, in aanwezigheid van griffier mevrouw Vermeulen-Post.

Uitspraak

IV
Gerechtshof Arnhem
vierde enkelvoudige belastingkamer
nr. 98/01250
Proces-verbaal mondelinge uitspraak
belanghebbende : *X
te : *Z
ambtenaar : het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dronten (hierna: de Ambtenaar)
aangevallen beslissing : uitspraak op bezwaarschrift tegen waardebeschikking
(artikel 22 Wet waardering onroerende-zaken)
tijdvak : van 1 januari 1997 tot en met 31 december 2000
mondelinge behandeling : 3 februari 2000 te Harderwijk door mr Matthijssen, raadsheer, in tegenwoordigheid van mevrouw Vermeulen-Post als griffier
waarbij verschenen : belanghebbende, alsmede de Ambtenaar
gronden:
1. De waarde van de onderhavige onroerende zaak - het tot woning dienende pand *a-weg 1 te *Z - wordt bepaald op de waarde die aan deze onroerende zaak dient te worden toegekend, indien de volle en onbezwaarde eigendom daarvan zou kunnen worden overgedragen en de verkrijger de zaak in de staat waarin die zich bevindt, onmiddellijk en in volle omvang in gebruik zou kunnen nemen. Daarbij geldt als waardepeildatum 1 januari 1995 (artikelen 17 en 18 van de Wet waardering onroerende zaken, hierna: de Wet).
2. Bij de bestreden beschikking is de waarde van belanghebbendes woning bepaald op ¦ 261.000,-. De Ambtenaar heeft ter ondersteuning van zijn standpunt een taxatierapport overgelegd. Volgens dit rapport is de waarde van de onroerende zaak a-weg 1 te *Z, beoordeeld naar het prijspeil op 1 januari 1995, ¦ 215.000,-.
De Ambtenaar concludeert tot een dienovereenkomstige vermindering van de vastgestelde waarde.
3. Belanghebbende heeft van zijn kant geen taxatierapport of gegevens van gelijk gewicht overgelegd.
4. De Ambtenaar maakt aannemelijk dat de verkoop van de onroerende *a-weg 2 door de Dienst der Domeinen aan de toenmalige huurder voor ¦ 218.000,- en de onmiddellijke doorverkoop aan belanghebbende voor dezelfde prijs voor de onderhavige waardebepaling niet maatgevend is, omdat bij deze transactie geen sprake was van een normale verkoop van een leeg op te leveren woning, waarbij de prijs wordt vastgesteld op de meest geschikte wijze na de beste voorbereiding. Hetzelfde geldt voor de verkoop van *a-weg 3.
5. De Ambtenaar maakt met het door hem overgelegde taxatierapport de uiteindelijk door hem verdedigde waarde van ¦ 215.000,- aannemelijk.
6. Het beroep van belanghebbende is ten dele gegrond.
proceskosten:
Belanghebbendes proceskosten zijn in overeenstemming met het Besluit proceskosten fiscale procedures te berekenen op f 35,- aan reis- en verblijfkosten.
beslissing:
Het Gerechtshof:
- vernietigt de uitspraak van de Ambtenaar;
- vermindert de vastgestelde waarde tot ¦ 215.000,-;
- veroordeelt de Ambtenaar in de proceskosten van belanghebbende voor een bedrag van ¦ 35,-, te vergoeden door de gemeente Dronten;
- gelast de Ambtenaar aan belanghebbende het door hem gestorte griffierecht van ¦ 80,- te vergoeden.
Aldus gedaan en in het openbaar uitgesproken op 17 februari 2000 te Arnhem door mr Matthijssen, raadsheer, lid van de vierde enkelvoudige belastingkamer, in tegenwoordigheid van mevrouw Vermeulen-Post als griffier.
Waarvan opgemaakt dit proces-verbaal.
De griffier, Het lid van de voormelde kamer,
(I.B. Vermeulen-Post) (T.J. Matthijssen)
Afschriften zijn aangetekend per post verzonden op 22 februari 2000
U kunt binnen vier weken na de verzenddatum van deze uitspraak het gerechtshof schriftelijk verzoeken de mondelinge uitspraak te vervangen door een schriftelijke. Voor het verkrijgen van een schriftelijke uitspraak bedraagt het griffierecht ¦ 150,-.
De vervanging van een mondelinge uitspraak door een schriftelijke strekt ertoe de mondelinge uitspraak in een andere vorm vast te leggen. Het gerechtshof mag daarbij de gedane uitspraak niet aan een heroverweging onderwerpen.
Uitsluitend tegen een schriftelijke uitspraak van het gerechtshof staat beroep in cassatie open bij de Hoge Raad der Nederlanden. Daarvoor is eveneens een griffierecht verschuldigd. Het ter verkrijging van een schriftelijke uitspraak betaalde griffierecht wordt door de griffier van de Hoge Raad in mindering gebracht op het voor beroep in cassatie verschuldigde recht.