ECLI:NL:GHARN:2001:AB1535
Gerechtshof Arnhem
- Herziening
- mr. Vegter
- mrs. Lamens
- mrs. Besier
- Rechtspraak.nl
Herziening van strafzaak met ernstige onregelmatigheden in opsporing
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem op 10 mei 2001, betreft het een herziening van een strafzaak waarin ernstige onregelmatigheden in de opsporing aan de orde zijn. De verdachte was eerder veroordeeld door het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch op 11 mei 1995 voor deelname aan een criminele organisatie en andere gerelateerde misdrijven. De Hoge Raad heeft op 22 juni 1999 de aanvraag tot herziening gegrond verklaard en de zaak terugverwezen naar het Gerechtshof Arnhem voor een nieuwe behandeling.
Tijdens de zitting op 26 april 2001 werd duidelijk dat er gebruik was gemaakt van een burger met criminele antecedenten in de opsporing, maar de rol van deze burger was onduidelijk. Er waren aanwijzingen dat deze burger meer had gedaan dan enkel informatie verstrekken aan de autoriteiten, waaronder het leveren van materialen voor de productie van synthetische drugs. Dit leidde tot vragen over de rechtmatigheid van de opsporing en de integriteit van de processen-verbaal.
De advocaat-generaal en de raadsman stelden dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk moest worden verklaard, gezien de ernstige onregelmatigheden en de misleiding van de rechter. Het hof concludeerde dat het dossier onvolledig was en dat nader onderzoek niet mogelijk was, waardoor het hof besloot het openbaar ministerie niet-ontvankelijk te verklaren in de strafvervolging. Het arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch werd vernietigd en het hof deed opnieuw recht.