ECLI:NL:GHARN:2001:AB3029

Gerechtshof Arnhem

Datum uitspraak
18 juli 2001
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
00-02250
Instantie
Gerechtshof Arnhem
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • P.M. van Schie
  • T.J. Matthijsen
  • F.J. Haas
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging beschikking waardevaststelling WOZ door Gerechtshof Arnhem

In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem op 18 juli 2001, stond de beschikking waardevaststelling ingevolge de Wet waardering onroerende zaken (WOZ) voor het tijdvak van 1 januari 1997 tot en met 31 december 2000 centraal. De belanghebbende, aangeduid als [X], had bezwaar aangetekend tegen de beslissing van de heffingsambtenaar van de gemeente Haren, hierna aangeduid als de Ambtenaar. Tijdens de mondelinge behandeling, waarbij zowel de belanghebbende als de Ambtenaar aanwezig waren, werd het voorlopige oordeel van het Hof besproken. Dit oordeel stelde dat het huisje waarvan de belanghebbende de feitelijke gebruiker was, als onroerend diende te worden aangemerkt. Echter, de belanghebbende had niet het genot van het huisje krachtens eigendom, bezit of beperkt recht, zoals ook bleek uit eerdere arresten van de Hoge Raad. Partijen kwamen overeen dat de beschikking van 3 juli 1998 wegens een onjuiste objectafbakening diende te worden vernietigd.

Het Gerechtshof besloot het beroep van de belanghebbende gegrond te verklaren. De beschikking van 3 juli 1998 werd vernietigd, en de Ambtenaar werd gelast het griffierecht van € 80,- aan de belanghebbende te vergoeden. Daarnaast werd de Ambtenaar veroordeeld in de proceskosten van de belanghebbende, vastgesteld op € 400,-, te vergoeden door de gemeente Haren. Deze uitspraak werd openbaar uitgesproken door de rechters P.M. van Schie, T.J. Matthijsen en F.J. Haas, in aanwezigheid van griffier I.B. Vermeulen-Post. De belanghebbende en de Ambtenaar kregen de mogelijkheid om binnen vier weken na de verzenddatum van het proces-verbaal te verzoeken om vervanging van de mondelinge uitspraak door een schriftelijke uitspraak, waarbij het Hof de gedane uitspraak niet aan een heroverweging mocht onderwerpen.

Uitspraak

IV
Gerechtshof Arnhem
tweede meervoudige belastingkamer
nummer 00/02250
Proces-verbaal mondelinge uitspraak
belanghebbende: [X]
te:
verweerder: de heffingsambtenaar van de gemeente Haren (hierna: de Ambtenaar)
aangevallen beslissing: uitspraak op bezwaar
betreft: beschikking waardevaststelling ingevolge de Wet waardering onroerende zaken (hierna: WOZ) voor het tijdvak 1 januari 1997 tot en met 31 december 2000
nummer: [01]
mondelinge behandeling: op 18 juli 2001 te Arnhem
waarbij verschenen: belanghebbende, alsmede [de Ambtenaar]
gronden:
1. Gehoord het voorlopig oordeel van het Hof dat het huisje waarvan belanghebbende de feitelijke gebruiker is in het licht van het arrest van de Hoge Raad van 31 oktober 1997, nr. 16.404 (NJ 1998/97) als onroerend dient te worden aangemerkt, maar dat belanghebbende daarvan - mede gelet op het arrest van de Hoge Raad van 20 september 2000, nr. 34 371 (BNB 2000/382) - niet het genot heeft krachtens eigendom, bezit of beperkt recht, nemen partijen nader eensluidend het standpunt in dat de beschikking van 3 juli 1998 wegens een onjuiste objectafbakening dient te worden vernietigd.
2. Het Hof zal dienovereenkomstig beslissen.
slotsom:
Het beroep is gegrond.
proceskosten:
Belanghebbendes proceskosten ( Arnhem en Leeuwarden) zijn in overeenstemming met het Besluit proceskosten bestuursrecht te berekenen op.ƒ 400,- .
beslissing:
Het Gerechtshof:
· vernietigt de beschikking van 3 juli 1998;
· gelast de Ambtenaar het griffierecht van ¦ 80,- aan belanghebbende te vergoeden;
· veroordeelt de Ambtenaar in de proceskosten van belanghebbende voor een bedrag van ¦ 400,-, te vergoeden door de gemeente Haren.
Aldus gedaan en in het openbaar uitgesproken op 18 juli 2001 door mr. P.M. van Schie, mr. T.J. Matthijsen en mr. drs. F.J. Haas, in tegenwoordigheid van I.B. Vermeulen-Post als griffier.
Waarvan opgemaakt dit proces-verbaal.
De griffier, De voorzitter,
(I.B. Vermeulen-Post) (P.M. van Schie)
Afschriften zijn aangetekend per post verzonden op 20 juli 2001
Tegen deze mondelinge uitspraak is geen beroep in cassatie mogelijk; dat kan alleen tegen een schriftelijke uitspraak van het Gerechtshof. Ieder van de partijen kan binnen vier weken na de verzenddatum van dit proces-verbaal het Gerechtshof verzoeken de mondelinge uitspraak te vervangen door een schriftelijke. De vervanging van een mondelinge uitspraak door een schriftelijke strekt ertoe de mondelinge uitspraak in een andere vorm vast te leggen. Bij de vervanging van een mondelinge uitspraak mag het Gerechtshof de gedane uitspraak niet aan een heroverweging onderwerpen.
De partij die om een vervangende schriftelijke uitspraak verzoekt is hiervoor griffierecht verschuldigd en krijgt daarover bericht van de griffier. Het griffierecht dat de belanghebbende betaalt ter verkrijging van een schriftelijke uitspraak, komt in mindering op het griffierecht dat de griffier van de Hoge Raad zal heffen als de belanghebbende beroep in cassatie instelt.