ECLI:NL:GHARN:2002:AE8895
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J. Lamens
- M.M. Nuboer
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van aanslagen onroerende-zaakbelasting en proceskostenvergoeding
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 12 september 2002 uitspraak gedaan in een geschil over onroerende-zaakbelasting. De belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen twee aanslagen onroerende-zaakbelasting die aan hem waren opgelegd voor de onroerende zaak gelegen aan [a-weg 1 te Z]. De aanslagen, gedateerd op 28 februari 2001, waren gebaseerd op de stelling dat het om niet-woningen ging, met een totale waarde van ƒ 527.000. De Ambtenaar had in zijn verweerschrift aangegeven dat bij nadere bestudering van de waardeopbouw was gebleken dat 72% van de totale waarde betrekking had op het woongedeelte van het object, waardoor er voor de heffing van onroerende-zaakbelasting 'wel degelijk' sprake was van een woning.
Het Hof oordeelde dat de aanduiding niet-woning in combinatie met het daarvoor geldende aanzienlijk hogere tarief een essentieel kenmerk van de aanslag is, en dat de onjuistheid daarvan tot vernietiging van de aanslag moet leiden. De Ambtenaar had de bestreden aanslagen vernietigd in een kennisgeving van herberekening/vermindering van 31 maart 2002. Het Hof concludeerde dat het beroep van de belanghebbende gegrond was, aangezien de Ambtenaar pas na indiening van het beroepschrift op een controleerbare wijze tegemoet was gekomen aan de bezwaren van de belanghebbende.
Daarnaast merkte het Hof op dat de behandeling van de belanghebbende, die als leek op dit gebied werd beschouwd, afkeurenswaardig was en dat de Ambtenaar een betekenisvol gebaar in de richting van de belanghebbende zou moeten maken. De proceskosten van de belanghebbende werden vastgesteld op € 40 aan reiskosten en € 50 aan verletkosten. Het Gerechtshof vernietigde de bestreden uitspraak en de aanslagen, gelastte de Ambtenaar om het door de belanghebbende gestorte griffierecht van € 27,23 te vergoeden, en veroordeelde de Ambtenaar tot betaling van € 90 aan proceskosten aan de gemeente Apeldoorn. Tegen deze mondelinge uitspraak is geen beroep in cassatie mogelijk, maar partijen kunnen binnen vier weken verzoeken om een schriftelijke vervangende uitspraak.