ECLI:NL:GHARN:2003:AF5673
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.P.M. Kooijmans
- J.H.M. Delnooz-Engels
- Rechtspraak.nl
Inkomstenbelasting en loon uit dienstbetrekking: beoordeling van de status van inkomsten van een fysiotherapeute
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem op 14 februari 2003, staat de status van de inkomsten van een fysiotherapeute centraal. De belanghebbende, die haar beroep uitoefent in maatschapsverband met haar echtgenoot, ontving in 1999 inkomsten van het Fysiotherapeutisch Instituut, dat zij als loon uit dienstbetrekking aanmerkte. De Inspecteur van de Belastingdienst daarentegen, heeft deze inkomsten aangemerkt als loon uit dienstbetrekking, wat leidde tot een correctie van de zelfstandigenaftrek bij de aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen 1999.
Het Hof oordeelt dat de inkomsten van het Instituut, gezien de omvang van de werkzaamheden en de financiële situatie, niet als winst uit onderneming kunnen worden aangemerkt. De belanghebbende heeft niet kunnen aantonen dat haar werkzaamheden voor het Instituut een ondergeschikte plaats innamen ten opzichte van haar ondernemersactiviteiten. Het Hof concludeert dat de Inspecteur terecht de inkomsten als loon uit dienstbetrekking heeft aangemerkt.
De belanghebbende kan binnen vier weken na de verzenddatum van het proces-verbaal verzoeken om een schriftelijke uitspraak ter vervanging van de mondelinge uitspraak. Het Hof bevestigt de uitspraak van de Inspecteur en acht geen termen aanwezig voor een kostenveroordeling. De beslissing is openbaar uitgesproken door mr. Kooijmans, lid van de achtste enkelvoudige belastingkamer, in aanwezigheid van griffier mr. Delnooz-Engels.